ECLI:NL:GHAMS:2019:2346
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.D.R.M. Boumans
- A.M. van Amsterdam
- H.A. van Eijk
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens gebrek aan betekening
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 februari 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 15 december 2017. De verdachte, geboren in 1980, was niet verschenen op de zitting. Tijdens de zitting in hoger beroep werd vastgesteld dat de advocaat-generaal niet beschikte over de map met betekeningsstukken, waardoor het hof niet kon vaststellen of de dagvaarding rechtsgeldig aan de verdachte was betekend. Dit gebrek leidde ertoe dat de dagvaarding in hoger beroep nietig werd verklaard. Het hof heeft de beslissing genomen dat de dagvaarding nietig is, omdat de verdachte en zijn raadsman niet ter terechtzitting zijn verschenen. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de betrokken rechters en griffier aanwezig. De rechters A.M. van Amsterdam en H.A. van Eijk waren buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.