ECLI:NL:GHAMS:2019:1779
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ouderschapsonderzoek en zorgregeling na echtscheiding met minderjarige
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 21 mei 2019 een beschikking gegeven in hoger beroep met betrekking tot de zorgregeling van een minderjarige, geboren uit de relatie tussen de vader en de moeder. De ouders zijn op 18 december 2007 getrouwd en zijn op 15 juni 2011 gescheiden. Sinds de echtscheiding zijn er verschillende zorgregelingen vastgesteld, maar de uitvoering daarvan is problematisch gebleken. De minderjarige heeft sinds november 2016 geen contact meer met zijn vader, wat aanleiding heeft gegeven tot deze procedure. De vader heeft in hoger beroep verzocht om de zorgregeling te herstellen, terwijl de moeder de stopzetting van de zorgregeling heeft verzocht.
Het hof heeft in zijn overwegingen de belangen van de minderjarige vooropgesteld. De minderjarige heeft aangegeven geen contact meer te willen met zijn vader, wat het hof serieus neemt. De ouders zijn in een conflict verwikkeld, wat de situatie voor de minderjarige bemoeilijkt. Het hof heeft besloten dat er een ouderschapsonderzoek moet plaatsvinden om de communicatie tussen de ouders te verbeteren en om te onderzoeken hoe de zorg- en opvoedingstaken het beste kunnen worden verdeeld. Het hof heeft deskundigen benoemd om dit onderzoek uit te voeren en heeft partijen verzocht zich uit te laten over de te benoemen deskundige en de vragen die aan deze deskundige gesteld moeten worden. De kosten van het onderzoek zullen, gezien de financiële situatie van de vader, ten laste van het Rijk komen.
De beslissing van het hof houdt in dat de verdere behandeling van de zaak wordt aangehouden tot een pro forma zitting op 9 juni 2019, waarbij partijen hun standpunten kunnen verduidelijken.