Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
zij op of omstreeks 21 september 2015 te Hoogvliet, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad (ongeveer) 2.101 pillen en/of 409 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en / of (ongeveer) 850 ml, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, in elk geval (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
zij op of omstreeks 21 september 2015 te Hoogvliet, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (ongeveer) 3.319 gram, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, in elk geval een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
zij op of omstreeks 21 september 2015, te Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen een voorwerp, te weten 2.594 euro en/of 6.560 euro en/of 2.900 euro, althans een bedrag aan contant geld, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of van een voorwerp, te weten 2.594 euro en/of 6.560 euro en/of 2.900 euro, althans een geldbedrag aan contant geld gebruik heeft gemaakt, terwijl zij en/of haar mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
Vonnis waarvan beroep
Ter terechtzitting gevoerde verweer
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
zij omstreeks 21 september 2015 te Hoogvliet, tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk aanwezig heeft gehad 2.101 pillen en 409 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en 850 ml, van een materiaal bevattende amfetamine;
zij omstreeks 21 september 2015 te Hoogvliet, tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (ongeveer) 3.319 gram, van een materiaal bevattende hennep;
zij op 21 september 2015, te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een ander, 2.594 euro en 6.560 euro en 2.900 euro, heeft verworven, voorhanden gehad, en/of omgezet, terwijl zij en haar mededader wisten, dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
5 (vijf) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
taakstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
90 (negentig) hechtenis.
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: