Uitspraak
Inhoud van de vordering
Procesgang
Beoordeling
Beslissing
wordt toegevoegd:behalve indien dat contact plaatsheeft in het kader van de omgangsregeling omtrent de kinderen waarbij geldt dat:
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 19 maart 2019 uitspraak gedaan naar aanleiding van een vordering van de advocaat-generaal, ingediend op 15 februari 2019. De vordering betreft de wijziging van bijzondere voorwaarden die zijn opgelegd aan de veroordeelde in het kader van een voorwaardelijke veroordeling. De veroordeelde was eerder veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, waarvan 40 uren voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Een van de bijzondere voorwaarden was een contactverbod met [naam 1], dat nu gewijzigd moest worden om de omgangsregeling, gelast door de civiele rechter, mogelijk te maken.
Tijdens de openbare terechtzitting heeft het hof kennisgenomen van de ingediende stukken en de betrokken partijen gehoord, waaronder de advocaat-generaal, de veroordeelde, zijn raadsman en een deskundige van Reclassering Nederland. Zowel de reclassering als de veroordeelde hebben geen bezwaar tegen de wijziging van de bijzondere voorwaarde, wat het hof in overweging heeft genomen. Het hof heeft vastgesteld dat er termen zijn om de bijzondere voorwaarde te wijzigen, zodat de omgangsregeling met de kinderen van de veroordeelde en [naam 1] kan worden nageleefd.
De beslissing van het hof houdt in dat de bijzondere voorwaarde met betrekking tot het contactverbod wordt aangepast, zodat contact in het kader van de omgangsregeling mogelijk is, met specifieke afspraken over de communicatie tussen de veroordeelde en [naam 1]. De overige bijzondere voorwaarden blijven ongewijzigd. De uitspraak is gedaan door een collegiaal hof en is openbaar uitgesproken.