ECLI:NL:GHAMS:2018:4667
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- I.M.H. van Asperen de Boer-Delescen
- J.L. Bruinsma
- H.F. van Kregten
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen verlenging gevangenhouding met aandacht voor recidivegevaar en psychische problematiek
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 november 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 oktober 2018. De rechtbank had een bevel tot verlenging van de geldigheidsduur van de gevangenhouding van de verdachte gegeven. Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank, waarin het hoger beroep werd ingesteld, en heeft de relevante stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte bestudeerd. Tijdens de zitting in raadkamer zijn zowel de advocaat-generaal als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman, mr. J. Gunning, gehoord.
De raadsman heeft een mondeling schorsingsverzoek gedaan, waarbij het hof heeft overwogen dat er bij de verdachte sprake is van psychische problematiek. Ondanks eerdere verklaringen van de verdachte dat hij niet met de reclassering wil samenwerken, heeft hij in raadkamer aangegeven vanaf nu wel mee te willen werken aan psychologisch onderzoek. Het hof concludeert dat zonder dit onderzoek het recidivegevaar niet kan worden ingeschat en dat schorsing van de voorlopige hechtenis niet aangewezen is.
Uiteindelijk heeft het hof het beroep tegen de bestreden beschikking afgewezen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis. Deze beslissing is genomen in raadkamer en is op 14 november 2018 gegeven door de voorzitter en twee raadsheren, in aanwezigheid van de griffier. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht.