ECLI:NL:GHAMS:2018:4618

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 juni 2018
Publicatiedatum
14 december 2018
Zaaknummer
23-003636-14
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geldigheid van dagvaarding in hoger beroep en nietigheid van de dagvaarding

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 juni 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 4 september 2014. De verdachte had hoger beroep ingesteld, maar was niet verschenen op de zitting. De advocaat-generaal overhandigde een akte van uitreiking waaruit bleek dat de oproeping voor de zitting aan de griffer van de rechtbank was uitgereikt, omdat de verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland had. Er was een misverstand over het huisnummer, waardoor de dagvaarding niet op de juiste wijze was uitgereikt. Het hof heeft vastgesteld dat de dagvaarding nietig verklaard moest worden, omdat deze niet volgens de wettelijke vereisten aan de verdachte was uitgereikt. De beslissing van het hof was dan ook om de dagvaarding in hoger beroep nietig te verklaren.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003636-14
datum uitspraak: 27 juni 2018
NIET VERSCHENEN
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 4 september 2014 in de strafzaak onder parketnummer 13-729023-13 tegen
[naam],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
adres: [adres 1] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 24 januari 2018 en 27 juni 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.

Geldigheid van de oproeping in hoger beroep

Uit de door de advocaat-generaal ter terechtzitting in hoger beroep aan het hof overhandigde akte van uitreiking is gebleken dat de oproeping voor de terechtzitting van 27 juni 2018 aan de griffer van de rechtbank Amsterdam is uitgereikt, omdat van de verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland bekend is. Tevens is een afschrift, inclusief vertaling, verzonden naar de [adres 2]
. Door de advocaat-generaal is tevens een mailwisseling tussen de politie en het ressortsparket overgelegd, waaruit blijkt dat [adres 2] een winkel betreft, en dat blijkens de systemen van de politie de persoon niet is ingeschreven op een adres. Ter terechtzitting is gebleken dat per abuis huisnummer [nummer 1] in de systemen is opgenomen, in plaats van huisnummer [nummer 2], het huisnummer van de woning waar de verdachte verblijft.
Uit het voren overwogene volgt dat de dagvaarding om in hoger beroep op de terechtzitting te verschijnen niet op de bij de wet voorgeschreven wijze aan de verdachte is uitgereikt. De dagvaarding dient op grond daarvan – nu de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen – nietig te worden verklaard.

Beslissing

Het hof:
Verklaart de dagvaarding in hoger beroep nietig.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin
zitting hadden mr. A.M. van Amsterdam, mr. S. Clement en mr. P. Greve, in tegenwoordigheid
van mr. C. de Beer, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof
van 27 juni 2018.