In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 21 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1962, werd beschuldigd van witwassen van een geldbedrag van circa € 40.000,- en een hoeveelheid goud, evenals een auto van het merk Volkswagen Phaeton. De tenlastelegging omvatte het voorhanden hebben, verwerven, omzetten en overdragen van deze voorwerpen, terwijl de verdachte wist dat deze afkomstig waren uit enig misdrijf. Het hof heeft de bewijsmiddelen overgenomen uit het vonnis van de politierechter en heeft geoordeeld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het ten laste gelegde feit. De verdediging heeft vrijspraak bepleit, maar het hof heeft dit verweer verworpen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren, subsidiair 90 dagen hechtenis, en heeft de in beslag genomen voorwerpen verbeurd verklaard. De beslissing is gebaseerd op de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan, waarbij het hof de impact van witwassen op de legale economie heeft meegewogen.