ECLI:NL:GHAMS:2018:4433

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 november 2018
Publicatiedatum
4 december 2018
Zaaknummer
200.145.443/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget in een enquêterechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 27 november 2018 een beschikking gegeven inzake een verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget in een enquêterechtelijke procedure. De verzoeker, aangeduid als [A], heeft een verzoek ingediend om het budget voor het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de verweersters, Clifden B.V., Rand Holding B.V. en Dr. Van Son’s Tuindorp Apotheek B.V., te verhogen van € 37.500 naar € 47.500, exclusief btw. Dit verzoek volgde op eerdere beschikkingen van de Ondernemingskamer waarin het onderzoek was bevolen en het budget was vastgesteld.

De Ondernemingskamer heeft in haar beschikking van 16 en 22 juni 2015 een onderzoek bevolen naar het beleid van de verweersters over de periode vanaf 1 januari 2005. De kosten van het onderzoek waren aanvankelijk vastgesteld op € 25.000, maar zijn later verhoogd. De onderzoeker heeft aangegeven dat het onderzoek meer tijd heeft gekost dan verwacht, onder andere door onderbrekingen en gebrek aan medewerking van de verweersters. De verzoeker heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de Ondernemingskamer over de verhoging, maar heeft wel verzocht om de kosten zo beperkt mogelijk te houden en een termijn voor betaling te bepalen.

De Ondernemingskamer heeft het verzoek tot verhoging van het budget toegewezen, waarbij de kosten hoofdelijk ten laste komen van de verweersters. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken door een van de raadsheren.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.145.443/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 27 november 2018
inzake
[A],
wonende te [....] ,
VERZOEKER,
advocaat:
mr. D. Engelen, kantoorhoudende te Rotterdam,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CLIFDEN B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RAND HOLDING B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DR. VAN SON’S TUINDORP APOTHEEK B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
VERWEERSTERS,
aanvankelijk bijgestaan door
mrs. M.J. Siegersen
A.J.G. Vegt, vervolgens door
mrs. H.J. Breemanen
A.J.G. Vegt, thans niet verschenen,
e n t e g e n
[B],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDE,
aanvankelijk bijgestaan door
mrs. M.J. Siegersen
A.J.G. Vegt, vervolgens door
mrs. H.J. Breemanen
A.J.G. Vegt, thans niet verschenen.

1.Het verloop van het geding

1.1
Partijen zullen in het vervolg (ook) als volgt worden aangeduid:
- verzoeker met: [A] ;
- verweersters gezamenlijk met: Clifden c.s.;
- belanghebbende met: [B] .
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen in deze zaak van 16 en 22 juni 2015 en 13 juni 2017.
1.3
Bij de beschikkingen van 16 en 22 juni 2015 heeft de Ondernemingskamer – voor zover hier van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Clifden c.s. over de periode vanaf 1 januari 2005, mr. C.F. Mijs benoemd tot onderzoeker, het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 25.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en bepaald dat de kosten van het onderzoek hoofdelijk ten laste komen van Clifden c.s.
1.4
Bij de beschikking van 13 juni 2017 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten verhoogd tot € 37.500 (exclusief btw) en bepaald dat de kosten van het onderzoek hoofdelijk ten laste komen van Clifden c.s.
1.5
Bij brief, met bijlagen, van 13 november 2018 heeft de onderzoeker de Ondernemingskamer verzocht het onderzoeksbudget te verhogen tot een bedrag van € 47.500 (exclusief btw).
1.6
De Ondernemingskamer heeft partijen in de gelegenheid gesteld zich over deze verhoging uit te laten. Daarop heeft mr. R. Mandos, kantoorgenoot van mr. Engelen voormeld, bij brief van 21 november 2018 kenbaar gemaakt dat [A] zich refereert aan het oordeel van de Ondernemingskamer over het verhogingsverzoek, maar daarbij wel verzoekt:
i. te bepalen dat alle onderzoekskosten, inclusief de eventuele verhoging daarvan, hoofdelijk ten laste komen van Clifden c.s.;
ii. waar mogelijk de (resterende) onderzoekskosten zo beperkt mogelijk te houden, in de lijn met enquêtes in zaken van vergelijkbare omvang en complexiteit; en
iii. waar mogelijk een termijn voor betalingen van de onderzoekskosten door Clifden c.s. te bepalen.

2.De gronden van de beslissing

2.1
Ter toelichting op zijn verzoek heeft de onderzoeker een specificatie van de door hem verrichte werkzaamheden en de daarmee gemoeide tijd bijgevoegd. Het onderzoek heeft volgens hem opnieuw aanzienlijk meer tijd gevergd dan verwacht. Daartoe wijst de onderzoeker, naast de redenen genoemd in zijn brief aan de Ondernemingskamer van 22 mei 2017, op de onderbrekingen van het onderzoek onder meer wegens het uitblijven van betaling van een voorschot, de moeite die het heeft gekost om contact op te nemen met en informatie te verkrijgen van [B] en de heer [C] en de omstandigheid dat de onderzoeker nauwelijks medewerking heeft verkregen van Clifden c.s. De onderzoeker heeft zijn uurtarief verlaagd van € 295 exclusief btw naar € 250 exclusief btw en zal de totale kosten beperken tot het thans door hem verzochte budget.
2.2
Buiten [A] , die zich heeft gerefereerd aan het oordeel van de Ondernemingskamer, heeft geen van partijen gebruik gemaakt van de geboden gelegenheid zich over de verhoging uit te laten.
2.3
De Ondernemingskamer overweegt dat de onderzoeker, tegen de achtergrond van het vorenoverwogene, de reden voor verhoging van het onderzoeksbudget voldoende heeft toegelicht. Het verzoek komt de Ondernemingskamer niet onredelijk voor. De Ondernemingskamer zal dit verzoek dan ook toewijzen.
2.4
De Ondernemingskamer zal daarbij bepalen, net als in haar beschikkingen van 16 juni 2015 en 13 juni 2017, dat de kosten van het onderzoek hoofdelijk ten laste komen van Clifden c.s. Voor toewijzing van de overige verzoeken van [A] vermeld in 1.6 onder ii en iii ziet de Ondernemingskamer geen aanleiding.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij de beschikking van 16 juni 2015 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Clifden B.V., Rand Holding B.V. en Dr. Van Son’s Tuindorp Apotheek B.V. ten hoogste mag kosten tot € 47.500, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek hoofdelijk ten laste komen van Clifden B.V., Rand Holding B.V. en Dr. Van Son’s Tuindorp Apotheek B.V. en dat zij ten behoeve van de onderzoeker op zijn verzoek en op de door hem te bepalen wijze (aanvullende) zekerheid dienen te stellen voor de betaling van (de verhoging van) dit bedrag;
wijst af hetgeen meer of anders is verzocht;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en mr. M.M.M. Tillema, raadsheren, en mr. drs. B.M. Prins en dr. P.M. Verboom, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken door mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar op 27 november 2018.