Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 21 maart 2017 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de 's [adres 2] , aldaar heeft weggenomen een computer (merk Apple, type Imac [met lader en/of toetsenbord]) en/of een Ipad (merk Apple [met lader]) en/of een (laptop)rugzak (merk Eastpack) en/of een kluis met inhoud (waaronder een kentekenbewijs en/of een [zilveren] rammelaar en/of een hoeveelheid geld en/of een of meerdere bankpasje[s] op naam van [slachtoffer] met bijbehorende pincode[s] en/of administratieve bescheiden), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of diens mededader(s), waarbij verdachte en/of diens mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen voornoemde goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming;
hij op een of meerdere tijdstip(pen) op of omstreeks 21 maart 2017 te Amsterdam, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening (vanaf een of meerdere bankrekening(en) op naam van aangever [slachtoffer] ) heeft weggenomen (telkens) een of meerdere geldbedrag(en)(te weten een- of tweemaal een bedrag van 500 euro en/of een bedrag van 1080 euro), in elk geval (telkens) enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen geldbedrag(en) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (bij een pinautomaat van de ABN-Amrobank, gevestigd aan het Belgiëplein, aldaar en/of een pinautomaat van de Rabobank, gevestigd aan het Osdorpplein, aldaar) onder gebruikmaking van (een) wederrechtelijk weggenomen bankpas(sen) en/of bijbehorende pincode(s) van voornoemde bankrekening(en) voornoemd(e) geldbedrag(en) op te nemen, tot welk gebruik hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet bevoegd was/waren.
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
Met betrekking tot het onder 2 ten laste gelegde heeft zij aangevoerd dat de eerste pintransactie één uur en acht minuten later plaatsvond dan de inbraak. Als gekeken wordt naar de afstand tussen de woning waar de inbraak plaatsvond en de plaats waar de eerste pintransactie plaatsvond, dan blijkt dat die afstand, uitgaande van vervoer met een auto, slechts acht minuten rijden bedraagt. Het voorgaande betekent dat er nog een heel uur vrij is, dat niet ingevuld is en waarbinnen van alles gebeurd kan zijn. Daarbij komt dat de woning van de verdachte staat tussen de woning waar de woninginbraak plaatsvond en de plaats waar de pinautomaten staan. De verdachte woont in die buurt en is daar vaker gezien. Dat hij rond het tijdstip van de inbraak en het pinnen in die buurt is of kan zijn geweest, hoeft dus op geen enkele manier te betekenen dat de verdachte betrokken was bij de inbraak en/of de pintransacties.
De stelling van de raadsvrouw dat de afstand tussen de woning en de pinautomaten met een auto binnen acht minuten kan worden overbrugd en dat daardoor een uur overblijft, doet aan bovenstaande niet af. Daarbij komt dat de stelling dat de verdachte met een auto reed slechts een aanname is die, doordat de verdachte zich op zijn zwijgrecht beroept, niet door de verdachte of anderszins wordt ondersteund.
Bewezenverklaring
hij op 21 maart 2017 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de 's [adres 2] , heeft weggenomen een computer (merk Apple, type Imac met lader), een Ipad (merk Apple met lader), een laptoprugzak (merk Eastpack) en een kluis met inhoud, waaronder een kentekenbewijs en een zilveren rammelaar en een hoeveelheid geld en een of meerdere bankpasjes op naam van [slachtoffer] met bijbehorende pincodes en administratieve bescheiden, toebehorende aan [slachtoffer] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft door middel van braak;
hij op meerdere tijdstippen op 21 maart 2017 te Amsterdam, telkens tezamen en in vereniging met een ander, telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, vanaf bankrekeningen op naam van aangever [slachtoffer] heeft weggenomen geldbedragen, te weten tweemaal een bedrag van 500 euro en een bedrag van 1080 euro, toebehorende aan [slachtoffer] , waarbij verdachte en zijn mededader zich telkens die weg te nemen geldbedragen onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, doorbij een pinautomaat van de ABN-Amrobank, gevestigd aan het Belgiëplein, aldaar en een pinautomaat van de Rabobank, gevestigd aan het Osdorpplein, aldaar onder gebruikmaking van wederrechtelijk weggenomen bankpassen en bijbehorende pincodes van voornoemde bankrekeningen voornoemde geldbedragen op te nemen, tot welk gebruik hij, verdachte en zijn mededader niet bevoegd waren.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
60 (zestig) dagen.
42 (tweeënveertig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.