ECLI:NL:GHAMS:2018:4028
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Aanspraak op partnerpensioen en bijzonder partnerpensioen na echtscheiding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 30 oktober 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aanspraak van [appellante] op partnerpensioen na het overlijden van haar partner, [X]. De zaak betreft de vraag of het pensioenfonds, Bpf Bouw, het partnerpensioen van [appellante] mag verlagen met het bedrag van het bijzonder partnerpensioen dat toekomt aan de eerste partner van [X]. De eerste partner had afstand gedaan van haar recht op bijzonder partnerpensioen, maar dit was niet correct uitgevoerd door de pensioenuitvoerder. Het hof oordeelt dat de aanspraak van de eerste partner op bijzonder partnerpensioen niet is verjaard en dat Bpf Bouw gerechtigd is om de foutieve vaststelling van het partnerpensioen van [appellante] te corrigeren. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter, die de vorderingen van [appellante] had afgewezen. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van pensioenfondsen en de rechten van partners in het geval van echtscheiding en overlijden.