Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverwegingen
Aanpassing bewijsmiddelen
mededeling van verbalisant:
Aldaar zag ik een vrouw met een korte broek. Ik zag op haar rechter bovenbeen een ronde plek van ongeveer 7 centimeter doorsnede. Toen ik [haar] vroeg wat er was gebeurd vertelde zij mij in de Engelse taal dat zij zojuist was gebeten was door een vrouw. Toen ik vroeg wie dat gedaan had, zag ik een vrouw met een bruine jas slaande bewegingen in de richting van het slachtoffer [het hof begrijpt hier en verder: de Engelstalige vrouw] maken en naar haar schreeuwen. Ik hoorde dat het slachtoffer riep: “She!”. Ik heb de vrouw met de bruine jas bij haar arm gepakt. Toen door collega’s was doorgevraagd en bleek dat de vrouw, die ik vast had, aangewezen was door het slachtoffer, heb ik de verdachte, die later op gaf te zijn genaamd: [verdachte] , geboren [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats] , medegedeeld dat zij aangehouden was voor mishandeling. Voordat ik haar kon mededelen dat zij niet tot antwoorden verplicht was, voelde ik dat zij zich begon te verzetten. Ik heb [verdachte] vervolgens mee laten lopen naar de bus voor het arrestantentransport. Ik liet haar in de bus stappen. Ik zag dat zij met haar armen om zich heen begon te zwaaien en dat zij probeerde uit de arrestantenbus te komen. Ik heb haar vervolgens op de achterste stoel geduwd. Ik heb toen snel de ruimte verlaten en wilde de deur dichtdoen. Zij klemde echter haar hand om de deurstijl heen, waardoor ik de deur niet kon sluiten. Ik stapte hierbij uit de bus. Ik zag dat een collega de bus in stapte en haar in de richting van de achterste ruimte duwde. Ik zag dat [verdachte] met veel vaart weer in de richting van de collega kwam en hem daarbij achteruit duwde. Ik stapte met een voet in de bus, om de collega ruimte te geven, en haar hand los te kunnen maken. Op dat moment kwam zij weer naar voren, waardoor ik uit de bus stapte. Zij stond nog in de bus. Ik voelde dat zij met haar handen over mijn hoofd ging en mijn haar van bovenaf vastpakte onder mijn staart, ter hoogte van mijn achterhoofd. Ik voelde dat zij mijn haar stevig vastpakte en ik voelde haar nagels over mijn huis [het hof begrijpt: huid] krassen. Ik voelde dat zij hard aan mijn haar trok en dat ze steeds harder begon te trekken. Ik voelde onmiddellijk pijn in mijn hoofd en nek. Ik stond met mijn hoofd naar beneden tussen twee collega’s die haar onder controle probeerden te krijgen. Na enige tijd voelde ik dat de kracht waarmee aan mijn haar getrokken werd minder werd en kon ik wegkomen.
mededeling van verbalisant: