Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellante sub 1] ,
[appellant sub 2],
1.[geïntimeerde sub 1] ,
[geïntimeerde sub 2],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een huurgeschil tussen appellanten en geïntimeerden over een betalingsachterstand in de huur van een woning. Appellanten zijn in hoger beroep gekomen van een vonnis van de kantonrechter, waarin de huurovereenkomst werd ontbonden en ontruiming werd bevolen vanwege een huurachterstand van € 4.258,=. De kantonrechter oordeelde dat appellanten de hoogte en verschuldigdheid van de huurachterstand niet hadden weersproken en dat de ontbinding en ontruiming gerechtvaardigd waren. Appellanten hebben echter betoogd dat zij de huurachterstand op 16 september 2016 volledig hadden ingelopen, maar dat de verhuurder dit niet had gemeld aan de kantonrechter. Het hof oordeelt dat de verhuurder nalatig is geweest in het informeren van de kantonrechter over de betaling, wat heeft geleid tot een onterechte veroordeling van appellanten tot betaling van de huurachterstand en buitengerechtelijke incassokosten. Het hof vernietigt het vonnis voor zover het gaat om de hoofdelijke veroordeling tot betaling van € 4.903,89, maar bekrachtigt de ontbinding van de huurovereenkomst en de veroordeling tot ontruiming. De proceskosten in hoger beroep worden gecompenseerd.