Uitspraak
1.[A] ,
[B],
mr. J.T. Stekelenburg, kantoorhoudende te Holten,
mr. P. Roordaen
R.N. de Jong, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
1.[D] ,
[E],
mr. P. Roordaen
mr. R.N. de Jong, beiden kantoorhoudende te Amsterdam
[F],
1.Het verloop van het geding
- verweerster: [C] ;
- belanghebbende sub 1: [D] ;
- belanghebbende sub 2: moeder;
- verweerster en belanghebbenden sub 1 en 2 gezamenlijk: [C] c.s.;
primair: moeder het stemrecht als vruchtgebruiker op alle aandelen in [C] te ontnemen zodat het stemrecht toekomt aan de aandeelhouders,
subsidiair: moeder het stemrecht als vruchtgebruiker op alle aandelen in [C] te ontnemen en het stemrecht over te dragen aan een derde als stemgerechtigde ten aanzien van alle aandelen in [C] ;
2.De feiten
het beleggen van vermogen, uitsluitend of nagenoeg uitsluitend in effecten, onroerende zaken en hypothecaire schuldvorderingen”.
De aandeelhouder die geen stemrecht heeft en de vruchtgebruiker die stemrecht heeft, hebben de rechten die door de wet zijn toegekend aan houders van met medewerking der vennootschap uitgegeven certifikaten van aandelen.(…)”
verzoek tot verdeling gemeenschappelijk bezit c.q. uittreding van 3 van de 4 aandeelhouders”, “
vaststelling dat de afgelopen jaren geen algemene vergadering van aandeelhouders heeft plaatsgevonden” en de financiële en relationele “
urgentie ten aanzien van verdeling gemeenschappelijk bezit”.
gesprek” op 17 december 2012. [A] , [F] en [B] zijn niet ingegaan op deze uitnodiging.
We moeten concluderen dat er geen gehoor is gegeven aan ons verzoek tot het uitschrijven van een BAVA, zoals verzocht in de brief van drie aandeelhouders van 25 november 2012. De reden hiervan is ons niet kenbaar gemaakt.
Centraal in onze behoeften staat het recht op informatie over de gang van zaken bij [ [C] ]. Keer op keer, jaren lang, hebben wij aangedrongen op deugdelijke en betrouwbare vastlegging over wat er is gebeurd met de aan [ [C] ] toevertrouwde gelden. Stelselmatig worden wij genegeerd of wij ontvangen onduidelijke mails en vage toezeggingen. (…)
zakenrelatie”, wordt benoemd als vergadervoorzitter. Als bijlagen bij de brief zijn een agenda en jaarrekeningen over 2014 en 2015 gevoegd. Op de agenda staat onder meer “
behandeling van de vragen zoals gesteld door [A] en [B] in de brief van 3 augustus 2017”.
Uw brieven d.d. 13 en 17 oktober 2017 zijn in goede orde ontvangen bij de directie van [ [C] ].
sinds gisteren 25-10 aan het bekijken[zijn]
hoe we het verzoek tot agenda aanpassing wellicht kunnen invullen en hopen/zullen[ [A] c.s. en [F] ]
daarover snel nader berichten”. Als bijlage bij deze brief zijn “
interne” concept-jaarrekeningen 2014 tot en met 2016 van de drie dochtervennootschappen van [C] meegestuurd.
in verband met de te houden algemene vergadering van aandeelhouders van[ [C] ]
(…) op maandag 30 oktober 2017 – dan wel een op een ander moment te houden algemene vergadering over de aangekondigde agendapunten”. Moeder heeft in de volmacht voorts onder meer verklaard over de gang van zaken binnen het bestuur, haar wensen voor de vennootschap en de samenwerking tussen de kinderen kenbaar gemaakt en gewezen op de reeds eerder besproken mogelijkheid van een aandelenverkoop met lineair aflopende meerwaardeclausule.
Na hervatting van de behandeling verklaren [A] , [B] en [D] dat zij het in deze zaak gerezen geschil in der minne wensen te regelen en dat zij daartoe het volgende zijn overeengekomen:
Inmiddels is duidelijk dat [C] niet gaat voldoen aan de afspraken zoals vastgelegd in het proces-verbaal (…). Hiermede beschouwt ondergetekende de mediation als beëindigd.”
12 maart maakt [Verloop] kennis met [A] , [B] en hun advocaat
15 maart maakt [Verloop] kennis met [D] , zijn adviseur ( [L] ) en zijn advocaat
28 maart maakt [Verloop] kennis met Moeder (eerder was niet mogelijk ivm vakantie [D] die erbij wilde zijn)
25 maart nodigt [Verloop] partijen uit voor een eerste bijeenkomst op 3 april 2018
31 maart zegt [D] af voor de geplande bijeenkomst van 3 april, hij wil eerst een gesprek met [Verloop] alleen
12 april gesprek tussen [Verloop] en [D]
18 april een eerste bijeenkomst met partijen. Tijdens deze bijeenkomst wordt een gemeenschappelijk doel van de mediation vastgesteld, maar deze wordt later per mail weer ter discussie gesteld door [D] .
9 mei geeft [ [C] ] ondanks constructieve voorstellen van [B] en [A] nog steeds geen bevestiging dat de kosten van de mediation voldaan zullen worden door [ [C] ]. [ [C] ]/ [D] stellen daarvoor nog steeds allerlei voorwaarden. Ook de mediationovereenkomst is er nog niet.
9 mei beëindigt [Verloop] de poging tot mediation.