Uitspraak
1.hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2014 tot en met 16 maart 2015 te Rotterdam en/of/althans (elders) in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit hem, verdachte en/of één of meer andere personen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
2.Primair:
3.Primair:
4.hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 9 tot en met 12 februari 2015, te Capelle a/d IJssel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer vals(e) of vervalst(e) geschriften, bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een of meer kentekenplaten met de tekens [vals kenteken Volkswagen Golf 6], voorhanden heeft gehad, bestaande die valsheid of vervalsing (telkens) hierin dat die kentekenplaat/-platen onbevoegd was/waren nagemaakt, en/of dat die kentekenplaat/-platen niet was/waren voorzien van echtheidskenmerken, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en) dan wel redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dit/die geschrift(en) bestemd was/waren voor gebruik als ware(n) dit/die echt en onvervalst;
6.hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 11 tot en met 12 februari 2015, te Capelle a/d IJssel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een motorrijtuig (auto, merk VW Golf, (oorspronkelijk) kenteken [kenteken Volkswagen Golf 6]) op de weg heeft laten staan of daarmee over de weg heeft gereden, terwijl op dat motorrijtuig een of meer teken(s) was/waren aangebracht, te weten een of meer kenteken(s)/kentekenplaat/-platen, met de tekens [vals kenteken Volkswagen Golf 6], dat/die, niet zijnde een ingevolge artikel 36 Wegenverkeerswet 1994 aan de eigenaar of houder voor dat motorrijtuig opgegeven kenteken(s), door kon(den) gaan voor (een) zodanig(e) kenteken(s);
1.hij in de periode van 1 april 2014 tot en met 16 maart 2015 in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit hem, verdachte en andere personen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
3.Subsidiair:
4.hij in de periode van 9 tot en met 12 februari 2015, in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk valse geschriften, bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten kentekenplaten met de tekens [vals kenteken Volkswagen Golf 6], voorhanden heeft gehad, bestaande die valsheid hierin dat die kentekenplaten onbevoegd waren nagemaakt, terwijl hij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren die echt en onvervalst;
5.hij op 16 maart 2015 te Capelle a/d IJssel, een wapen van categorie I onder 3, te weten een boksbeugel, voorhanden heeft gehad;
6.hij in de periode van 11 tot en met 12 februari 2015, in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, een motorrijtuig (auto, merk VW Golf, oorspronkelijk kenteken [kenteken Volkswagen Golf 6]) op de weg heeft laten staan of daarmee over de weg heeft gereden, terwijl op dat motorrijtuig tekens waren aangebracht, te weten kentekenplaten met de tekens [vals kenteken Volkswagen Golf 6], die, niet zijnde een ingevolge artikel 36 Wegenverkeerswet 1994 aan de eigenaar of houder voor dat motorrijtuig opgegeven kenteken, door konden gaan voor een zodanig kenteken;
gevangenisstrafvoor de duur van
11 (elf) maanden en 2 (twee) weken.
€ 1.633,71 (duizend zeshonderddrieëndertig euro en eenenzeventig cent) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.633,71 (duizend zeshonderddrieëndertig euro en eenenzeventig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
26 (zesentwintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.