ECLI:NL:GHAMS:2018:2490
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor valsheid in geschrift en valse opgave in authentieke akte
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 6 juni 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, werkzaam als notarisklerk, was beschuldigd van valsheid in geschrift en het opmaken van valse akten. Het hof heeft de zaak beoordeeld naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting op 23 mei 2018 en de eerdere zitting in eerste aanleg. De advocaat-generaal had een gevangenisstraf en taakstraf geëist, maar het hof heeft de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.
De zaak draaide om de betrokkenheid van de verdachte bij de opmaak van leveringsakten voor onroerend goed, waarbij de identiteit van de koper in twijfel werd getrokken. De verdachte had verklaard dat hij de gegevens van de notaris ontving en deze in de akten verwerkte. Er was echter onvoldoende bewijs dat de verdachte op de hoogte was van de dubbele identiteit van de koper, die zowel een Nederlands als een Belizeans paspoort bezat. Het hof oordeelde dat de verdachte niet opzettelijk valsheid in geschrift had gepleegd, omdat niet bewezen kon worden dat hij wist dat de koper en de persoon die de akte ondertekende dezelfde persoon waren.
Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, maar wijzigde de motivering van de vrijspraak. De verdachte werd vrijgesproken van alle beschuldigingen, omdat niet kon worden aangetoond dat hij opzettelijk of met kennis van zaken had gehandeld in strijd met de waarheid. De beslissing van het hof werd genomen in het belang van de rechtszekerheid en de waarheidsvinding.