Uitspraak
mr. H.P. Plas, kantoorhoudende te Enschede,
mr. H.P. Plas,kantoorhoudende te Enschede,
Het verloop van het geding
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 19 juni 2018, betreft het een verzoek van de besloten vennootschap IBB KONDOR B.V. tegen de besloten vennootschap DE LEEGE LANDEN II B.V. en HOLLAND VASTGOED CONSULTANCY B.V. over de vergoeding van onderzoekskosten in het kader van een enquêterechtelijke procedure. De Ondernemingskamer had eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van De Leege Landen over de periode vanaf 2012, waarbij mr. M.W.E. Evers was benoemd als onderzoeker. De kosten van dit onderzoek waren aanvankelijk vastgesteld op € 25.000, maar zijn later verhoogd naar € 35.000, exclusief omzetbelasting.
De onderzoeker heeft een declaratie ingediend voor de verrichte werkzaamheden, waartegen geen bezwaren zijn ingediend door de betrokken partijen. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat het gedeclareerde bedrag niet onredelijk is en heeft de vergoeding van de onderzoeker bepaald op € 35.000, exclusief omzetbelasting. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en redelijkheid in de kosten van onderzoek binnen het enquêterecht, en bevestigt dat de Ondernemingskamer bevoegd is om de kosten te beoordelen en vast te stellen. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.