Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlasteleggingen
hij op of omstreeks 20 augustus 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een winkelpand (gelegen aan het Orlyplein waarin gevestigd [bedrijf 1] ) heeft weggenomen een (grote) hoeveelheid cosmetische producten, onder meer verpakkingen met gel en/of deodorant en/of condooms, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren)onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door een (zij)raam van dat winkelpand met een betonblok, althans een soortgelijk voorwerp in te slaan, althans te forceren, althans door middel van braak op en/of verbreking, zulks terwijl tijdens het plegen van voornoemd misdrijf nog geen vijf jaren waren verlopen sedert een vroegere veroordeling van de verdachte/schuldige tot gevangenisstraf wegens een daaraan soortgelijk misdrijf welke in kracht van gewijsde was gegaan;
hij op of omstreeks 9 juni 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, openlijk, te weten, op/aan de Zieseniskade, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon en/of een goed te weten een of meer ruit(en) van een schoolgebouw ([naam school]) door eenmaal of meermalen (met kracht) met een fles, althans een (hard en/of scherp) voorwerp, te slaan tegen voornoemde ruit(en);
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
Vonnis waarvan beroep
Bespreking gevoerde verweren
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
- Een rapport van jeugdbescherming regio Amsterdam van 29 mei 2018;
- Een reclasseringsadvies van de Reclassering Nederland van 6 november 2017;
Beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
20 (twintig) dagen.
taakstraf, bestaande uit een
werkstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen jeugddetentie.
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 dagen jeugddetentie, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.