Uitspraak
VICKERS HOLDING & FINANCE INC,
1.[X] ,
[geïntimeerde sub 2],
[Y],
[geïntimeerde sub 4],
CASHMERE WORLD B.V.,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft Vickers Holding & Finance Inc. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De rechtbank had op 16 augustus 2017 een uitspraak gedaan in een geschil tussen Vickers en [X] c.s. Vickers, gevestigd in Road Town (Britse Maagdeneilanden), heeft in het hoger beroep een incident aanhangig gemaakt waarin [Y] c.s. zekerheid hebben gevorderd voor de proceskosten. De vordering tot zekerheidstelling is gebaseerd op artikel 224 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat vereist dat een partij zonder woonplaats in Nederland zekerheid moet stellen voor de proceskosten. Vickers heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof over de hoogte van de zekerheid, maar heeft een lager bedrag voorgesteld dan door [Y] c.s. is gevorderd. Het hof heeft de hoogte van de zekerheid vastgesteld op € 23.892,-, gebaseerd op de door [Y] c.s. betaalde verschotten en het liquidatietarief. Vickers is bevolen deze zekerheid te stellen in de vorm van een bankgarantie van een Nederlandse bank, met een termijn van twee maanden voor de uitvoering. De beslissing over de proceskosten van het incident is aangehouden tot het eindarrest in de hoofdzaak. De hoofdzaak is verwezen naar de rol voor uitlating door [Y] c.s. over de zekerheidstelling.