Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
te bereiken pensioen’ als uitdrukkelijk in de post ‘
voorwaardelijk pensioen aanvullingsregeling 55-’. De [geïntimeerde] in 2011 en 2012 toegezonden pensioenoverzichten, beide naar de stand van zaken per 31 december van het voorafgaande jaar, vermelden bij laatstgenoemde post bedragen van respectievelijk € 7.748,60 en € 7.908,01. De hem in de daaropvolgende jaren toegezonden pensioenoverzichten vermelden bij dezelfde post € 0,- en de mededeling: ‘
Het voorwaardelijk pensioen ontvangt u alleen als u voldoet aan de voorwaarden. U voldoet niet aan alle voorwaarden.’ In de post ‘
te bereiken pensioen’ is geen rekening meer gehouden met een voorwaardelijk pensioen, als gevolg waarvan het bij die post vermelde bedrag na 2012 meer dan gehalveerd is.
de gewezen deelnemer’ van wie de verplichte deelneming anders dan door overlijden of door het bereiken van de pensioendatum is geëindigd, zoals het eerste lid van dat artikel bepaalt. Hiermee staat vast dat [geïntimeerde] , van wie de verplichte deelneming niet door zijn overlijden of door het bereiken van de pensioendatum is geëindigd, in verband met de aanvullingsregeling 55min als ‘gewezen deelnemer’ in de zin van het pensioenreglement van Bpf Bouw moet worden aangemerkt. Dit strookt bovendien niet alleen met de uitleg die naar objectieve maatstaven in verband met de aanvullingsregeling 55min aan het begrip ‘gewezen deelnemer’ in de zin van het pensioenreglement moet worden gegeven, gelet op de bewoordingen van artikel 27, eerste lid, gelezen in het licht van de gehele tekst van dat reglement, maar ook met de stelling van Bpf Bouw – wat daarvan verder ook zij – dat [geïntimeerde] een zogenoemde ‘stopbrief’ gedateerd april 2012 is toegezonden waarin hem, onder andere, op de mogelijkheid van vrijwillige voortzetting van de ontbrekende pensioenopbouw voor eigen rekening is gewezen. Voor een dergelijke mededeling zou geen grond hebben bestaan als [geïntimeerde] in verband met de aanvullingsregeling 55min níet als ‘gewezen deelnemer’ zou moeten worden aangemerkt.
informatie over de toeslagverlening, en alle overige informatie die de Pensioenwet of daarop berustende wet- en regelgeving voorschrijft’. Bij dit laatste is in het bijzonder van belang artikel 39, eerste lid, aanhef en onder c, Pensioenwet, dat luidt: ‘
De pensioenuitvoerder verstrekt de deelnemer bij beëindiging van de deelneming: (…) informatie die voor de deelnemer specifiek in het kader van de beëindiging relevant is’, terwijl artikel 6, aanhef en onder c, Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling – ook zoals geldend op 16 januari 2012 – luidt: ‘
De uitvoerder verstrekt de deelnemer bij beëindiging van de deelneming informatie over: (…) de consequenties van arbeidsongeschiktheid’.
voor eigen rekening de ontbrekende pensioenopbouw bij bpfBOUW voort te zetten’ en vermeldt daarbij dat de voorwaarden voor premievrije pensioenopbouw en vrijwillige voortzetting tijdens arbeidsongeschiktheid te lezen zijn in de brochure ‘
Arbeidsongeschikt’ die de deelnemer door middel van het internet kan raadplegen of telefonisch kan aanvragen, maar de ‘stopbrief’ laat de termijn van negen maanden waarbinnen om vrijwillige voortzetting moet worden verzocht en het vervallen van de desbetreffende mogelijkheid bij niet-achtneming van die termijn, geheel ongenoemd. Om déze informatie gaat het in dit geval juist. Nu die informatie ontbreekt, kan in het midden blijven of de bedoelde brief [geïntimeerde] heeft bereikt, zoals Bpf Bouw stelt en [geïntimeerde] betwist. Weliswaar vermelden de brochure ‘
Arbeidsongeschikt’ (op bladzijde 8) en een bijlage bij het in 2012 vóór het verstrijken van de voor hem geldende termijn aan [geïntimeerde] toegezonden uniforme pensioenoverzicht (op bladzijde 19) de termijn van negen maanden voor het aanvragen van vrijwillige voortzetting wel, maar dusdanig ondergeschikt aan en verhuld door andere informatie en zonder te vermelden dat de niet-inachtneming van die termijn het vervallen van de mogelijkheid van vrijwillige voortzetting tot gevolg heeft, dat Bpf Bouw ook door de verwijzing naar die brochure en de toezending van dat pensioenoverzicht aan [geïntimeerde] niet aan de hiervoor bedoelde informatieverplichting heeft voldaan, wat er van een en ander verder ook zij.