In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 1 juni 2018 een beschikking gegeven inzake een verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget voor een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rabat Beheer B.V. Dit onderzoek was eerder bevolen bij beschikkingen van 18 en 20 juli 2017, waarbij een budget van € 25.000 was vastgesteld. De onderzoeker, mr. G.C. Endedijk, heeft verzocht om dit budget te verhogen naar € 35.000, omdat de kosten van het onderzoek hoger uitvielen dan oorspronkelijk begroot. De Ondernemingskamer heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om hun standpunten over dit verzoek kenbaar te maken. Zowel de verzoeker als de belanghebbenden hebben bezwaar gemaakt tegen de verhoging van het budget, waarbij zij onder andere aanvoerden dat de onderzoeker zijn verzoek te laat had ingediend en dat niet alle werkzaamheden waren uitgevoerd zoals in het plan van aanpak was afgesproken.
De Ondernemingskamer heeft in haar beoordeling overwogen dat het aan de onderzoeker is om te bepalen hoe hij het onderzoek inricht en dat hij partijen voldoende gelegenheid heeft gegeven om te reageren op het concept plan van aanpak. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat de bezwaren van de partijen niet opwegen tegen de noodzaak om het onderzoek voort te zetten en dat de verhoging van het budget gerechtvaardigd is. De Ondernemingskamer heeft daarom het verzoek van de onderzoeker ingewilligd en het budget verhoogd naar € 35.000, met de bepaling dat de kosten ten laste komen van Rabat Beheer B.V. en dat deze vennootschap zekerheid moet stellen voor de betaling van het verhoogde bedrag. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.