ECLI:NL:GHAMS:2018:1430

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 april 2018
Publicatiedatum
26 april 2018
Zaaknummer
200.168.115/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake onderzoek naar beleid en gang van zaken van Eshuis Holding B.V.

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 18 april 2018, wordt het verloop van het geding besproken met betrekking tot de besloten vennootschap Eshuis Holding B.V. en de verzoekster [A]. De Ondernemingskamer heeft eerder, in 2015, een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Eshuis Holding over de periode vanaf 9 juli 2013. Mr. H.M. de Mol van Otterloo werd benoemd als onderzoeker, en drs. P.N. Lincklaen Arriëns werd benoemd tot bestuurder van Eshuis Holding voor de duur van het geding. In februari 2018 verzocht de onderzoeker om de kosten van het onderzoek te verhogen naar € 70.000, exclusief btw. Op 17 april 2018 werd het verslag van het onderzoek aan de Ondernemingskamer overhandigd.

De Ondernemingskamer heeft het verslag en de bijlagen bestudeerd en heeft besloten dat het verslag ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden, zoals vermeld in artikel 2:353 lid 2 BW. Partijen worden in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over het verzoek tot verhoging van de onderzoekskosten. De beschikking bepaalt dat het verslag met bijlagen ter inzage ligt voor belanghebbenden en dat partijen tot uiterlijk 8 mei 2018 om 16:00 uur de gelegenheid hebben om schriftelijk te reageren op het verzoek van de onderzoeker. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.168.115/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 18 april 2018
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mrs. H.P. Plasen
C.R. Huiskes, beiden kantoorhoudende te Enschede,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ESHUIS HOLDING B.V.,
gevestigd te Dalfsen,
VERWEERSTER,
niet verschenen,
e n t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PERSPEKTIEF B.V.,
gevestigd te Dalfsen,
BELANGHEBBENDE,
advocaten:
mrs. P. Haasen
B. Verkerk, beiden kantoorhoudende te Rotterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Partijen worden hierna aangeduid als [A] , Eshuis Holding en Perspektief. Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 7 en 14 juli 2015, 14 december 2016 en 19 januari 2017, alsmede naar de beschikking van de raadsheer-commissaris van 8 februari 2018 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikkingen van 7 en 14 juli 2015 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Eshuis Holding over de periode vanaf 9 juli 2013, mr. H.M. de Mol van Otterloo (hierna: de onderzoeker) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, alsmede – bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding – drs. P.N. Lincklaen Arriëns benoemd tot bestuurder van Eshuis Holding.
1.3
Bij brief van 18 februari 2018 heeft de onderzoeker verzocht het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten te verhogen naar € 70.000 (exclusief btw).
1.4
Bij brief van 17 april 2018 heeft de onderzoeker het verslag (met bijlagen) van voormeld onderzoek aan de Ondernemingskamer doen toekomen.
1.5
De griffier heeft het verslag met bijlagen heden ter griffie van de Ondernemingskamer neergelegd.

2.De gronden van de beslissing

2.1
De Ondernemingskamer heeft kennis genomen van het verslag (met bijlagen) van het onderzoek. Gelet op de inhoud daarvan en op de overigens in deze zaak betrokken belangen ziet de Ondernemingskamer aanleiding om op de voet van artikel 2:353 lid 2 BW te bepalen dat het verslag met bijlagen ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden.
2.2
De Ondernemingskamer zal partijen in de gelegenheid stellen zich uit te laten over het in 1.3 vermelde verzoek tot verhoging van de onderzoekskosten.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
bepaalt dat het verslag met de bijlagen van het bij de beschikking van 7 juli 2015 door de Ondernemingskamer bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Eshuis Holding ter inzage ligt voor belanghebbenden;
stelt partijen tot uiterlijk dinsdag 8 mei 2018 te 16:00 uur in de gelegenheid zich schriftelijk uit te laten over het in 1.3 vermelde verzoek van de onderzoeker;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en mr. M.M.M. Tillema, raadsheren, en prof. dr. R.A.H. van der Meer RA en drs. J.B.M. Streppel, raden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verheggen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 18 april 2018.