3.1.1[appellante sub 2] is de levenspartner van [appellant sub 1] . [appellant sub 1] is bestuurder en samen met [A] (hierna: [A] ) eigenaar van vastgoedbedrijf Amstelkroon Vastgoed B.V., voorheen geheten JVA Vastgoed Adviseurs B.V. (hierna: JVA). JVA was in 2010 gevestigd op de begane grond van een pand aan de [adres] (hierna: het pand). Op de bovenverdieping van het pand was Sorko & Swane Advocaten en Notarissen (hierna: Sorko & Swane) gehuisvest. Bij dat kantoor was [B] (hierna: [B] ) advocaat-partner. Het Parool geeft een krant uit en beheert een daaraan gelieerde website.
3.1.3Op maandag 14 juni 2010 plaatste Het Parool een artikel in de tweede editie - bestemd voor de abonnees in Amsterdam - van haar krant van de hand van [X] (hierna: [X] ), verslaggever bij Het Parool, met als titel: "Aanslag op kantoorvilla" en als subtitels: "Veel schade, geen gewonden" en “Ruzie om vastgoedtransactie”. Bij het artikel stond een foto van de buitenkant van het pand, waarop was te zien dat een raam van de benedenverdieping met planken was dichtgetimmerd. Het artikel verscheen die dag op of na 11:58 uur ook op de website van Het Parool (www.parool.nl) onder de kop "Aanslag op kantoorvilla, waarschijnlijk om slepende ruzie". Het artikel luidt op pagina 1 van de krant en op de website:
"Een onbekende heeft zondagavond rond acht uur een handgranaat naar binnen gegooid in een kantoorvilla aan de [adres] in Amsterdam-Zuid. De reden van de aanslag lijkt een conflict om een onroerendgoedtransactie.
De explosie richtte schade aan in een ruimte op de begane grond van het vrijstaande kantoor aan de [adres] , maar in het pand was niemand aanwezig.
De granaataanslag lijkt verband te houden met een slepende ruzie om een vastgoedverkoop, waarin makelaar [appellant sub 1] van JVA Vastgoed Adviseurs is verwikkeld. Eerder zijn [appellant sub 1] en zijn vrouw al met de dood bedreigd.
JVA, van de in de vastgoedwereld bekende onroerendgoedhandelaar [A] , houdt kantoor in de villa, samen met Sorko en Swane, een maatschap van advocaten en notarissen, die ook vestigingen heeft elders in Nederland, in Londen, New York en Hamburg.
In de kantoorvilla was vanmorgen gewoon personeel aanwezig, dat de deur opende na aanbellen, maar geen commentaar gaf. "Wij weten ook niet wat er aan de hand is."
De directie van JVA wilde evenmin ingaan op de zaak. Makelaar [appellant sub 1] was niet bereikbaar.
De handgranaat lijkt eerder te zijn gegooid om te intimideren dan om slachtoffers te maken. Het was donker in het verlaten pand toen de dader waarschijnlijk een ruit brak en de granaat naar binnen gooide.
Getuigen hoorden even voor acht uur 'een oorverdovende knal' en zagen een lichtgekleurde auto hard wegrijden. De recherche onderzocht het pand, maar verliet dat weer toen in de getroffen ruimte nog een tweede explosief leek te liggen. Het ingeroepen Explosieven Opruimingscommando (EOC) van de landmacht trof echter geen andere granaat aan.
De politie kon aan het begin van de middag nog niet zegen of in verband met de aanslag spoedige arrestaties zijn te verwachten - nu het voor de hand lijkt te liggen dat de opdracht komt uit de hoek van de wederpartij waarmee makelaar [appellant sub 1] in conflict is geraakt."
3.1.4Op 12 maart 2012 hebben [appellanten] zich tot Het Parool gewend. Het Parool heeft op 14 juni 2012 het artikel offline gehaald. Op 24 maart 2012 heeft Het Parool een artikel van [X] geplaatst met als titel: "De zieke hond moest uit zijn lijden worden verlost". Het artikel, dat mede in overleg met de advocaat van [appellanten] tot stand was gekomen, houdt onder meer in:
"Achter de aanslag van juni 2010 op een kantoor in de [adres] en de mislukte moordpoging in [plaats 1] ruim een maand later lijkt een bizar complot te zitten. Langzaam ontvouwt zich een scenario met dubieuze plannen voor goudhandel, zaken met Iran, oplichting, afpersing en intriges.
Getuigen hoorden zondagavond 13 juni 2010 'een oorverdovende knal' in de Rivierenbuurt Een auto spoot met piepende banden weg over de [adres] . In de vrijstaande kantoorvilla op nummer [adres] was een granaat ontploft, die grote schade had aangericht in het verlaten pand.
De recherche richtte haar onderzoek allereerst op [appellant sub 1] , mededirecteur van JVA Vastgoed, dat kantoor hield op de begane grond, waar de granaat naar binnen was gegooid, mogelijk door een ingetikt ruitje.
Het duurde een klein kwartaal totdat men in de gaten kreeg dat een verkeerd spoor was gevolgd en dat de aanslag niets met [appellant sub 1] of JVA van doen had. De kwestie moest in een geheel ander licht worden bezien, werd langzaam duidelijk. Het duurde vervolgens tot januari 2012 totdat de Nationale Recherche zo'n sterke zaak meende te hebben dat ze tot arrestaties kon overgaan.
Cruciaal was de beslissing van de gooier van de handgranaat, [C] , als kroongetuige zijn bizarre verhaal te doen.
De granaat was volgens de spijtoptant gericht tegen advocaat [B] . (41) uit [plaats 2] , die toen op de bovenverdieping van de villa resideerde als partner van Sorko en Swane - een collectief van advocaten en notarissen dat ook een deel van de villa huurt.”
3.1.6Op 5 november 2012 heeft Het Parool op haar website een artikel geplaatst met als kop: "Vastgoedkantoor [A] in Oud-Zuid te koop":
"Vastgoedmagnaat [A] heeft zijn kantoor aan de [adres] in Oud-Zuid in de verkoop gedaan. Het pand kwam in de zomer van 2010 in het nieuws toen er een handgranaat naar binnen was gegooid. Ook werden de ramen destijds met kogels doorzeefd.
Nu de sporen van de 'aanslag' verdwenen zijn, heeft [A] een prijskaartje van 3,4 miljoen aan het gebouw gehangen. De ruiten van het kantoor zijn vervangen en ook aan de binnenkant van het pand is niets meer van de aangerichte schade te zien, zo meldt Quote.
[A] , bestuurder van VNO - NCW, wordt genoemd in de dagvaarding tegen oud-gedeputeerde van Noord Holland [D] . Zijn bedrijf JVG Vastgoed zou [D] hebben omgekocht. [A] ontkent dit."
3.1.7[appellanten] hebben een voorlopig getuigenverhoor geëntameerd. In dat kader zijn op 5 april 2013 [appellant sub 1] , [appellante sub 2] en [A] als getuigen gehoord, op 12 september 2013 officier van justitie [E] (hierna: [E] ), op 22 januari 2014 officier van justitie [F] en op 20 mei 2015 onder anderen [G] , politie-inspecteur (hierna: [G] ). Op 23 september 2013 heeft [E] delen van de politiemutaties waarnaar hij in zijn getuigenverhoor van 12 september 2013 verwees, verzonden naar onder meer de advocaat van Het Parool. In die mutaties staat, voor zover relevant het volgende.
Ten aanzien van het contact tussen de politie en [A] op 13 juni 2010 in de avond:
"Eigenaar pand makelaar [A] […] heeft de benedenverdieping. Hem telefonisch gesproken. Hij zat in Amerika. Heeft een vermoeden wie hier achter zit. Bij BDR bekend.”
Ten aanzien van het contact tussen de politie en [appellant sub 1] op 13 juni 2010 in de avond:
“Ter plaatse gesproken met [appellant sub 1] […] [appellant sub 1] is directeur van JVA Vastgoed adviseurs B.V. , [appellant sub 1] is compagnon van Dhr. [A] .
[appellant sub 1] vertelde over een langlopend conflict met [H] , [rb: volgt telefoonnummer van [H] ] (komt uit telefoon vrouw van dhr. [A] ). Zowel [appellant sub 1] als dhr. [A] vertelden over een zakelijk conflict met [H] . Twee jaar geleden is [A] bedreigd door [H] (Hiermee is politiebemoeienis geweest, politie Loenen a/d Vecht). E.e.a. heeft te maken met een transactie. […] De notaris die dit alles geregeld heeft is Dhr. [I] alleen in die transactie is een fout gemaakt. […] Afgelopen woensdag is [I] bedreigd door [H] en is hem gezegd dat hij 180.000 euro moet betalen.”
Ten aanzien van de verklaring van [I] in de avond van 13 juni 2010:
"[…] Ik ben Notaris geweest in Amsterdam. In 2008 ben ik betrokken geweest bij een transactie met partijen de heer [A] en de heer [H] . De heer [A] is eigenaar van het pand aan de [adres] . De transactie is kennelijk niet tot tevredenheid verlopen volgens [H] . Deze heeft zijn onvrede in brede kring geventileerd en heeft de heer [A] een jaar of twee geleden thuis bedreigd. Afgelopen dinsdag/woensdag ben ik benaderd door de heer [J] die beweerde namens [H] op te treden. Deze verlangde uitleg van de transactie tussen [A] en [H] . [H] meent geld van [A] te vorderen te hebben. Ik heb uitgelegd dat daarvoor mijns inziens geen grond bestaat. Ik heb sterk het vermoeden dat dit incident verband heeft met het conflict tussen [A] en [H] .”
En ten aanzien van de getuigenverklaring van [appellant sub 1] afgelegd bij de politie op maandagmiddag 14 juni 2010 (V: Vraag verbalisant en A: Antwoord getuige):
"V: Heeft u momenteel zakelijke geschillen met klanten en welke zijn dit?
A: Ik denk dat wij goed bekend sta binnen de vastgoedwereld. Als er geschillen zijn dan proberen wij die altijd op te lossen.
Mijn compagnon heeft een zakelijk geschil met [H] . […]
De notaris die bij de lening betrokken was, Mr. [I] , heeft per ongeluk 100 procent van de aandelen op naam van [A] gezet. Sindsdien is de relatie tussen mijn compagnon [A] en [H] ernstig verstoord. Dit is echter ongeveer anderhalf jaar geleden al rechtgezet.
Twee jaar geleden is er een bedreiging geweest van [H] richting [A] . De ruzie tussen [A] en [H] was namelijk geescaleerd over het gebruik van het geleende geld door [H] . […] Toen is er die dreiging geweest dat [H] [A] een kopje kleiner zou maken. [A] heeft hiervan aangifte gedaan bij de politie. […] Die twee, [A] en [H] , liggen elkaar niet echt maar af dit moet leiden tot het gooien van een handgranaat in ons kantoor kan ik echt niet zeggen.
[…] [H] vindt nu, na anderhalf of twee jaar dat de notaris mr. [I] grote schuld had in de fout met de aandelen. Ik heb van [A] vernomen dat zijn accountant, [J] , de notaris mr. [I] had gebeld en tegen hem heeft gezegd je bent ons honderdtachtigduizend euro schuldig. […] Deze aanzegging is vorige week gedaan. Dit is dus nog niet afgelopen.
V: Zijn er nog meer zakelijke geschillen?
A: Momenteel is er een zakelijk geschil. […]
V: Tegen wie denkt u dat de bedreiging/aanslag gericht was?
A: Ik denk zelf niet dat de bedreiging/aanslag tegen ons was gericht. Als dit wel zo zou zijn is het iemand die doorgedraaid is en wij daar geen notie van hebben. [A] is momenteel in de Verenigde Staten. Gezien het gezamenlijk gebruik van het pand met Sorko en Swane is voor mij geheeld onzeker voor wie dit bedoeld kan zijn."