Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
[X],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een zoon, [appellant], tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De rechtbank had geoordeeld dat de zoon onrechtmatig had gehandeld door geldopnames en overboekingen te doen van de bankrekening van zijn moeder, [X], die als gevolg van een herseninfarct niet meer in staat was haar vermogensrechtelijke belangen te behartigen. De zoon had zonder toestemming van zijn moeder bedragen van haar rekening overgemaakt naar zijn eigen rekening en contante opnames gedaan met de pinpas van zijn moeder. De rechtbank had de zoon veroordeeld tot schadevergoeding van € 297.360,82 aan zijn moeder. In hoger beroep heeft de zoon de vordering betwist en gesteld dat hij niet onrechtmatig had gehandeld. Het hof heeft vastgesteld dat de zoon inderdaad bedragen van de rekening van zijn moeder had overgemaakt en contante opnames had gedaan, zonder daartoe gerechtigd te zijn. Het hof heeft de schadevergoeding verlaagd naar € 130.830,-, maar heeft de veroordeling tot schadevergoeding in stand gelaten. Het hof oordeelde dat de zoon ongerechtvaardigd was verrijkt door zijn handelen en dat hij de schade van zijn moeder moest vergoeden. De beslissing van de rechtbank is gedeeltelijk vernietigd, maar voor het overige bekrachtigd.