Uitspraak
mr. K.E. de Vries, kantoorhoudende te Leeuwarden,
mr. J.E. van Rossem, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.[B] ,
mr. J.E. van Rossem, kantoorhoudende te Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 19 januari 2017, hebben de verzoeksters, TheBrandsense B.V. en [A], een verzoek ingediend tegen de besloten vennootschap Van Huis Uit Holding B.V. en belanghebbenden, waaronder [B] en Stichting Administratiekantoor Van Huis Uit. De Ondernemingskamer had eerder op 22 april 2016 een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Van Huis Uit Holding over de periode vanaf januari 2015. Dit onderzoek werd ingesteld na zorgen over de bedrijfsvoering van de vennootschap. In de daaropvolgende beschikkingen van 25 en 29 april 2016 werden verschillende personen benoemd als onderzoeker, bestuurder en beheerder van aandelen.
Op 20 december 2016 meldde de bestuurder aan de Ondernemingskamer dat partijen een regeling hadden getroffen. Dit leidde tot een verzoek van de verzoeksters om de procedure te beëindigen, wat werd ondersteund door de onderzoeker en de beheerder van aandelen. Op 19 januari 2017 heeft de Ondernemingskamer besloten het bevolen onderzoek te beëindigen en de getroffen onmiddellijke voorzieningen op te heffen, nu partijen unaniem hadden aangegeven dat er een oplossing was bereikt. De beschikking werd uitgesproken door de voorzitter en de raadsheren van de Ondernemingskamer, en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.