ECLI:NL:GHAMS:2017:787
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bekrachtiging van de verlenging van de schuldsaneringstermijn in verband met de inspanningsverplichting van de schuldenaar die een voltijd HBO-opleiding volgt
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 maart 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de schuldsaneringstermijn van appellante, die een voltijd HBO-opleiding volgt. Appellante was in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Amsterdam, waarin de looptijd van de schuldsaneringsregeling was vastgesteld op vijf jaar, tot 29 november 2018. Het hof oordeelde dat appellante gedurende de reguliere termijn niet volledig beschikbaar was voor haar schuldeisers, omdat zij een voltijd opleiding volgde. Dit niet volledig voldoen aan de inspanningsverplichting kan een reden zijn om de schuldsaneringstermijn te verlengen. Het hof benadrukte dat het belang van de schuldeisers ook meeweegt in de beslissing over de verlenging van de termijn.
Het hof heeft vastgesteld dat appellante in het verleden een inspanningsverplichting van 20 uur per week had, wat haar in staat stelde om haar opleiding te combineren met haar verplichtingen. De rechtbank had eerder al aangegeven dat het volgen van een opleiding niet verenigbaar is met de schuldsanering, maar dat er in dit geval een uitzondering gemaakt kon worden vanwege de jonge leeftijd en motivatie van appellante. Het hof concludeerde dat de rechtbank terecht had besloten tot verlenging van de schuldsaneringstermijn, omdat het volgen van de opleiding uiteindelijk ook in het belang van de schuldeisers is, aangezien dit kan leiden tot een betere financiële situatie voor appellante en daarmee ook voor de schuldeisers.
De beslissing van het hof houdt in dat de schuldsaneringstermijn wordt verlengd, en dat appellante rekening had moeten houden met deze mogelijkheid, aangezien dit in eerdere verslagen was vermeld. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en oordeelde dat de schuld aan de gemeente Amsterdam, die was ontstaan door een ten onrechte ontvangen bijstandsuitkering, onder de schuldsanering valt, omdat deze schuld was ontstaan vóór de toelating tot de schuldsanering.