Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.BEACON HOLDING GmbH,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
Event of Defaultde gewone contractuele rente wordt verhoogd met 5% (
Default Interest).
Borrower, Catana als
Guarantoren NSE als
Lender, bepaalt verder, voor zover hier van belang:
geclosed(hierna: de Transactie). PA heeft alle aandelen en de vorderingen uit de aandeelhoudersleningen overgenomen. Als gevolg van de werking van het in de SPA overeengekomen mechanisme is de koopprijs bij
closingaangepast. NSE en Beacon hebben per saldo (nagenoeg) niets ontvangen voor de door hen verkochte aandelen in Leuchtturm en de door hen verkochte vorderingen uit de aandeelhoudersleningen.
notice of defaultgestuurd aan Beacon, en in kopie aan Catana, waarin zij op grond van artikel 13 sub p van de Lenings-overeenkomst een
Event of Defaultinroept en de lening van € 2 miljoen vermeerderd met rente opeist.
3.Beoordeling
leadopgeëist in de onderhandelingen met PA. NSE was zich voorts ervan bewust dat Beacon geen financiële middelen had, Beacon nog geen dividend van Leuchtturm had ontvangen, de aandelen in Leuchtturm de enige vermogensbestanddelen van Beacon waren, welke aandelen aan NSE waren verpand tot zekerheid voor terugbetaling van de Lening en dat Beacon geen andere activiteiten mocht verrichten dan het houden van de aandelen in Leuchtturm om vermogen te genereren. Op grond van deze omstandigheden mocht Beacon er gerechtvaardigd op vertrouwen dat zij de Lening na de Transactie niet langer verschuldigd zou zijn. Dit vertrouwen werd nog versterkt doordat in de concept-SPA’s en in de definitieve SPA de prijs voor de vorderingen uit de aandeelhoudersleningen was vastgesteld op de nominale waarde van die vorderingen. Dit was dan ook de reden waarom Beacon vrijwillig heeft meegewerkt aan overdracht van haar vordering.
Material adverse changeop grond waarvan de Lening mocht worden opgeëist, anders dan de rechtbank in rov. 4.15 heeft geoordeeld. Deze grief slaagt.
notice of defaultvan 29 mei 2013 een beroep gedaan op art. 13
Repayment Dateis. NSE voert aan dat Leuchtturm zware verliezen maakte, die de financiële positie van Beacon zeer negatief beïnvloedden en dat de verwachting reeds toen was dat de koopprijs van de aandelen in Leuchtturm onvoldoende zou zijn voor Beacon om aan haar verplichtingen uit de Leningsovereenkomst te voldoen. NSE weerspreekt echter niet dat Beacon na verkoop van haar aandelen in Leuchtturm niet meer gebonden was aan de Aandeelhoudersovereenkomst en dus andere activiteiten mocht gaan verrichten, zodat zij geruime tijd had om inkomsten te verwerven om aan haar verplichtingen uit de Leningsovereenkomst te voldoen. NSE kon dus op dat moment nog geen
reasonable groundhebben voor haar zorg dat Beacon te zijner tijd niet zou betalen. Dat zij zich dat ook bewust was volgt uit de onder 2.11 genoemde e-mail van NSE aan Beacon van 29 mei 2013, waaruit blijkt dat NSE toen niet concreet een
Material adverse changevoor ogen had, maar de
notice of defaultzag als middel tot behoud van haar rechten uit de Leningsovereenkomst.
Event of Default. Op grond van de Leningsovereenkomst diende Beacon op 31 maart 2016 rente ad € 135.606,76 aan NSE te betalen, hetgeen zij heeft nagelaten. NSE heeft per
notice of defaultaan Beacon, met kopie aan Catana, van 13 april 2016 (productie 19 bij die akte) op grond van art. 13 sub a van de Leningsovereenkomst de volledige lening inclusief rente opgeëist, aldus NSE.
Material adverse changeals bedoeld in art. 13 sub p van de Leningsovereenkomst, de
Non-paymentals bedoeld in art. 13 sub a van de Leningsovereenkomst, aan haar vordering jegens Beacon ten grondslag te leggen. Beacon bestrijdt dat deze eiswijziging is toegestaan, maar ten onrechte. Deze eiswijziging na de memorie van antwoord van NSE is in beginsel toelaatbaar, omdat aanpassing wordt beoogd als gevolg van een eerst na de memorie van antwoord voorgevallen feit en de eiswijziging kennelijk ertoe strekt te voorkomen dat het geschil aan de hand van inmiddels achterhaalde gegevens zou worden beslist. Dit is slechts anders indien de eiswijziging in strijd komt met de eisen van een goede procesorde (HR 19 juni 2009, NJ 2010, 154). Naar het oordeel van het hof is hiervan geen sprake. De enkele stelling van Beacon dat deze fundamentele wijziging in de stellingen van NSE in een dermate laat stadium heeft plaatsgevonden, dat de wijziging niet kan worden meegenomen in het partijdebat, is daartoe onvoldoende. Andere relevante feiten en omstandigheden zijn niet gesteld of gebleken.