In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 september 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was beschuldigd van het medeplegen van hennepteelt in de periode van 1 april 2010 tot en met 11 februari 2011 te Zandvoort. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd, omdat het tot andere beslissingen kwam dan de rechtbank. De verdachte had samen met anderen een hennepkwekerij opgezet in een gehuurde woning. De verklaringen van medeverdachten gaven aan dat de verdachte vanaf het begin bij de kwekerij betrokken was. Het hof achtte bewezen dat de verdachte opzettelijk heeft geteeld en aanwezig heeft gehad een grote hoeveelheid hennepplanten, wat in strijd is met de Opiumwet. De verdachte werd vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten. De straf die de rechtbank eerder had opgelegd, een taakstraf van 120 uren, werd aangepast naar 80 uren, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, subsidiair 40 dagen hechtenis, en heeft de tijd in voorarrest in mindering gebracht op de taakstraf.