Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[geïntimeerde sub 1] ,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
in conventie- voor zover in hoger beroep van belang – gevorderd:
in reconventie- voor zover in hoger beroep van belang - gevorderd [geïntimeerde sub 1] te veroordelen tot betaling van € 30.855,72, te vermeerderen met wettelijke rente, onder veroordeling van [geïntimeerden] in de proceskosten inclusief nakosten. [appellante] heeft als grondslag voor deze vordering aangevoerd dat zij een bedrag van € 30.855,72 te veel aan huur aan [geïntimeerden] heeft betaald. De kantonrechter heeft de vordering toegewezen tot een bedrag van € 4.774,92. De grief in incidenteel appel is gericht tegen deze toewijzing en de motivering die hieraan ten grondslag ligt.
grieven I-V in principaal appelzijn gericht tegen het oordeel van de kantonrechter dat [geïntimeerden] de door hen gestelde penibele financiële situatie door middel van de overgelegde stukken aannemelijk hebben gemaakt.
“U heeft deze woning geweigerd. De woning is geaccepteerd door een andere kandidaat”(productie 22 memorie van grieven). Bij gelegenheid van het pleidooi heeft [appellante] opnieuw een overzicht met aangeboden woningen overgelegd, met onder meer een woning aan het [adres 5] (2 kamers, huurprijs € 472,56) en de [adres 6] (drie kamers, huurprijs € 686,96), met evenzeer de vermelding
“U heeft deze woning geweigerd. De woning is geaccepteerd door een andere kandidaat”(productie 25 [appellante] ). Daarop specifiek bevraagd bij het pleidooi in hoger beroep, is zijdens [appellante] onvoldoende gemotiveerd verweer gevoerd tegen de stelling van [geïntimeerden] dat deze vermeldingen erop duiden dat de woningen aan [appellante] zijn aangeboden maar dat zij deze heeft geweigerd. Dat is te meer het geval omdat [appellante] - zoals zij zelf stelt - vanaf begin 2012 is ingeschreven bij Woonservice (een samenwerkingsverband van verhuurders van sociale woningen in Zuid-Kennemerland). Ook heeft [appellante] onvoldoende aangevoerd tegen de stelling van [geïntimeerden] dat bedoelde woningen passend zijn voor haar.
grief in incidenteel appelis gericht tegen het aanmerken door de kantonrechter van de brief van 9 januari 2015 als een rechtsgeldige stuiting van de verjaring.