In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 20 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld voor het opzettelijk en wederrechtelijk beschadigen van een auto, een Lexus, toebehorende aan een ander. De tenlastelegging betrof een incident op 6 januari 2016, waarbij de verdachte op de motorkap van de auto had gestaan, wat leidde tot schade aan de lak. De raadsvrouw van de verdachte pleitte voor vrijspraak, maar het hof oordeelde dat de schade aan de auto overtuigend was bewezen door foto’s en getuigenissen. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en verklaarde de verdachte schuldig aan de beschadiging van de auto. De strafbaarheid van de verdachte werd niet uitgesloten, en het hof legde een gevangenisstraf van één week op, rekening houdend met de ernst van het feit en het strafblad van de verdachte. De op te leggen straf was gebaseerd op de artikelen 63 en 350 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze golden ten tijde van het bewezen verklaarde.