ECLI:NL:GHAMS:2017:4837
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de vraag of sprake is van een arbeidsovereenkomst tussen een postbezorger en de gemeente Heemstede
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een appellant die jarenlang als postbezorger voor de gemeente Heemstede heeft gewerkt. De appellant, die in hoger beroep is gekomen van een vonnis van de kantonrechter, stelt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat de bepalingen van boek 7, titel 10 BW niet van toepassing zijn op de appellant, omdat de gemeente Heemstede onder de werking van artikel 7:615 BW valt. Dit artikel sluit de toepassing van deze bepalingen uit voor personen in dienst van een gemeente, tenzij deze bij wet of verordening van toepassing zijn verklaard.
De appellant heeft in hoger beroep zijn vorderingen gewijzigd en stelt dat hij recht heeft op aanmelding bij het ABP, betaling van vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, overwerkvergoeding en uitbetaling van niet-genoten vakantiedagen. De gemeente Heemstede heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot bekrachtiging van het vonnis van de kantonrechter. Het hof heeft de grieven van de appellant beoordeeld en geconcludeerd dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht, omdat de appellant niet als oproepkracht kan worden aangemerkt en de CAR-UWO niet van toepassing is op zijn situatie.
Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd en de vorderingen van de appellant afgewezen. De appellant is als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep. De uitspraak is gedaan op 21 november 2017.