ECLI:NL:GHAMS:2017:4560
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van bedreiging door discrepantie in verklaringen
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 22 juni 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was in eerste aanleg veroordeeld voor bedreiging van zijn vader en broer, waarbij hij hen met een mes had bedreigd. De tenlastelegging betrof bedreigingen die op of omstreeks 4 december 2015 in Amsterdam zouden zijn gedaan. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 50 uren, met een proeftijd van 2 jaren en bijzondere voorwaarden.
Tijdens de zitting in hoger beroep op 8 juni 2017 heeft het hof de verklaringen van de vader en broer van de verdachte onderzocht. Het hof constateerde dat er te veel discrepantie bestond tussen hun verklaringen, waardoor het niet mogelijk was om met voldoende zekerheid vast te stellen of de bedreigingen daadwerkelijk hadden plaatsgevonden en onder welke omstandigheden. Dit leidde tot de conclusie dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij de tenlastegelegde feiten had gepleegd.
Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de rechters F.M.D. Aardema, M.J.A. Duker en N.R.A. Meerbeek aanwezig waren. De uitspraak is openbaar gedaan op dezelfde datum als de uitspraak.