Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het beklag
[naam beklaagde](hierna: beklaagde) ter zake van poging tot doodslag dan wel poging tot zware mishandeling.
Gerechtshof Amsterdam
In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 15 februari 2017, wordt het beklag van een klager behandeld die zich verzet tegen de beslissing van de officier van justitie om geen strafvervolging in te stellen tegen een politieagent. De agent had in de richting van de benen van de klager geschoten tijdens een achtervolging, waarbij de klager verdacht werd van diefstal met geweld. De klager had op 16 mei 2013 aangifte gedaan van poging tot doodslag. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig onderzocht, inclusief de communicatie tussen de politieagenten en de informatie die beschikbaar was op het moment van het schieten. Het hof concludeert dat de agent handelde in een hectische situatie, waarbij hij op basis van de ontvangen informatie en de omstandigheden van het moment, een verschoonbare dwaling had over de ernst van de situatie. Het hof oordeelt dat het gebruik van geweld door de agent niet onrechtmatig was en dat er geen reden is voor strafvervolging. De beslissing van het Openbaar Ministerie om de agent niet te vervolgen wordt dan ook goedgekeurd. Het beklag wordt afgewezen.