In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 oktober 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld voor het rijden zonder geldig rijbewijs, nadat zijn rijbewijs was ingevorderd wegens rijden onder invloed. De tenlastelegging betrof het besturen van een motorrijtuig op 27 januari 2017 te Amsterdam, terwijl de verdachte niet in het bezit was van een geldig rijbewijs. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en het bewezen verklaarde als strafbaar gekwalificeerd. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, die voorwaardelijk werd opgelegd, en een geldboete van € 1.000,-. Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het was begaan, en de persoonlijke situatie van de verdachte. De verdachte had eerder verkeersdelicten gepleegd, maar het hof oordeelde dat de tijd die sinds die vergrijpen was verstreken, niet in zijn nadeel mocht worden gewogen. Het hof heeft de straffen bepaald op basis van de geldende wettelijke voorschriften en de gebruikelijke straffen in soortgelijke zaken.