ECLI:NL:GHAMS:2017:336
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie wegens ne bis in idem in strafzaak tegen verdachte voor besturen van een personenauto zonder geldig rijbewijs
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 januari 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder vervolgd en vrijgesproken voor het besturen van een personenauto terwijl zijn rijbewijs was ingevorderd. De advocaat-generaal stelde dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in de vervolging, maar de raadsvrouw van de verdachte voerde aan dat dit in strijd was met het beginsel 'ne bis in idem', dat dubbele vervolging verbiedt. Het hof heeft vastgesteld dat de vervolging in deze zaak en de eerdere zaak voortkwamen uit dezelfde feiten, namelijk het besturen van een auto zonder geldig rijbewijs. Het hof oordeelde dat er sprake was van hetzelfde feit in de zin van artikel 68 van het Wetboek van Strafrecht, en verklaarde het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging. Het vonnis van de politierechter werd vernietigd en het hof deed opnieuw recht.