ECLI:NL:GHAMS:2017:3064
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C.M. Aarts
- R.J.F. Thiessen
- H.M.M. Steenberghe
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake transitievergoeding en opvolgend werkgeverschap
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Tzorg Personeel BV tegen een beschikking van de kantonrechter in Amsterdam, waarin de hoogte van de transitievergoeding voor de werknemer [geïntimeerde] werd vastgesteld. Tzorg is in hoger beroep gekomen van de beschikking van 11 augustus 2016, waarin de kantonrechter de transitievergoeding op € 1.169,68 heeft vastgesteld. Tzorg betwist de hoogte van deze vergoeding en stelt dat de duur van de arbeidsovereenkomst voor de berekening van de transitievergoeding anders moet worden vastgesteld. De werknemer, [geïntimeerde], heeft sinds 1 februari 2012 voor Tzorg gewerkt en is eerder werkzaam geweest voor Stichting Flevohuis en Stichting Zorggroep Amsterdam-Oost. Tzorg heeft de arbeidsovereenkomst met [geïntimeerde] opgezegd na langdurige arbeidsongeschiktheid, maar de werknemer stelt dat de transitievergoeding hoger moet zijn, omdat de duur van de arbeidsovereenkomst ook de eerdere dienstverbanden moet omvatten. Het hof oordeelt dat Tzorg als opvolgend werkgever moet worden aangemerkt en dat de berekening van de transitievergoeding moet plaatsvinden op basis van artikel 7:673 lid 4 BW. De grieven van Tzorg worden verworpen en de beschikking van de kantonrechter wordt bekrachtigd. Tzorg wordt veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.