2.5.2.De kabeltrommels, de veerpluggen en de bodemconsoles zijn als losse voorwerpen van aluminium op grond van de bewoordingen “andere werken van aluminium” vatbaar voor indeling onder post 7616 van de GN (tarief 6 percent). Onderzocht moet worden of de goederen met toepassing van indelingsregel 1 van de GN (mede) vatbaar zijn voor indeling in een andere, meer specifieke tariefpost. Indien goederen met toepassing van het bepaalde in algemene indelingsregel 2, letter b, of om enige andere reden vatbaar zijn voor indeling onder twee of meer posten, dient ingevolge algemene indelingsregel 3, letter a, voor de indeling de post met de meest specifieke omschrijving voorrang te hebben boven posten met een meer algemene strekking.
2.5.3.Door belanghebbende is aangevoerd dat de ingevoerde goederen als delen van een systeem voor de bediening van paneeldeuren moeten worden ingedeeld in hoofdstuk 84 van de GN.
Aantekening 1, onder 1, aanhef en letter f, op afdeling XV van de GN luidt als volgt:
“1. Deze afdeling omvat niet:
(…)
f) artikelen bedoeld bij afdeling XVI (machines, toestellen en elektrotechnisch materieel)”
Aantekeningen 2 en 5 op afdeling XVI van de GN luiden als volgt:
“Behoudens het bepaalde in aantekening 1 op deze afdeling en in de aantekeningen 1 op de hoofdstukken 84 en 85, worden delen van machines (andere dan delen van artikelen bedoeld bij post 8484, 8544, 8545, 8546 of 8547) ingedeeld met inachtneming van de volgende regels:
a. a) delen die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of 85 (andere dan de posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8487, 8503, 8522, 8529, 8538 en 8548) kunnen worden ingedeeld, blijven onder die posten ingedeeld, ongeacht de machine waarvoor zij bestemd zijn;
b) delen, andere dan die bedoeld onder a) hiervoor, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines (met inbegrip van die bedoeld bij post 8479 of 8543), worden ingedeeld onder de post waaronder die machine valt of die machines vallen of onder een der posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529 of 8538, naar gelang van het geval; delen die hoofdzakelijk worden gebruikt zowel voor de goederen bedoeld bij post 8517 als voor die bedoeld bij de posten 8525 tot en met 8528, worden echter ingedeeld onder post 8517;
c) andere delen worden ingedeeld onder post 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529 of 8538, naar gelang het geval, of, indien dit niet mogelijk is, onder post 8487 of 8548.
(...)
5. Voor de toepassing van vorenstaande aantekeningen heeft het woord "machines" zowel betrekking op machines als op de verschillende toestellen, apparaten, uitrustingen en werktuigen bedoeld bij hoofdstuk 84 of 85.”
Krachtens Aantekening 2 op afdeling XVI van de GN worden delen van machines die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of hoofdstuk 85 van de GN kunnen worden ingedeeld (andere dan bepaalde in dit geval niet van belang zijnde posten), aan de hand van hun eigen kenmerken en als autonome artikelen onder een van die posten ingedeeld.
2.5.4.Met betrekking tot de hiervoor in 2.5.3, eerste alinea, omschreven stelling dient mitsdien onderzocht te worden of de ingevoerde goederen dienen te worden beschouwd als delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine, toestel, apparaat, uitrusting of werktuig bedoeld in hoofdstuk 84 van de GN.
Hoewel uit de bewoordingen van de posten van hoofdstuk 84 in samenhang gelezen met aantekening 5 op afdeling XVI van de GN moet worden afgeleid dat het begrip ‘machine’ ruim moet worden uitgelegd, kan daaronder niet worden verstaan een samenstel als het onderhavige van veren en kabels in samenhang met onder meer geleiderails, kabeltrommels, veerpluggen, bodemconsoles en looprollen dat wordt gebruikt ter ondersteuning van het handmatig of elektrisch openen en sluiten van paneeldeuren (overheaddeuren). Dat samenstel verricht als zodanig niet zelfstandig een bepaalde werkzaamheid.
Dit een en ander betekent dat de ingevoerde goederen niet als delen van een bepaalde machine maar als autonome artikelen moeten worden ingedeeld naar hun eigen aard.