In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de erfdienstbaarheid van weg. Appellante, wonende in gemeente [gemeente 1], heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De rechtbank had voor recht verklaard dat een erfdienstbaarheid van weg was gevestigd ten gunste van de vennootschappen [X] en [Y], en had deze erfdienstbaarheid ten aanzien van [Y] opgeheven. Appellante is veroordeeld om medewerking te verlenen aan het gebruik van deze erfdienstbaarheid ten aanzien van [X].
Tijdens de zitting van 2 mei 2017 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Het hof heeft besloten om de situatie ter plaatse te bekijken en heeft een comparitie van partijen gelast op 17 juli 2017. Dit om een beter beeld te krijgen van de situatie en om te bezien of de zaak mogelijk in der minne kan worden geregeld.
Het hof heeft de partijen verzocht om relevante documenten over te leggen en heeft hen opgeroepen om aanwezig te zijn bij de comparitie, waarbij ook de advocaten aanwezig moeten zijn. Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden tot na de comparitie.