In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 28 maart 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1995, was beschuldigd van diefstal van een geldbedrag van ongeveer 500 euro uit een Chinees restaurant in Noord-Scharwoude op 23 augustus 2015. De tenlastelegging omvatte het wegnemen van geld met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, waarbij de verdachte zich toegang tot het restaurant zou hebben verschaft door middel van braak of verbreking. Tijdens de zittingen in hoger beroep op 29 november 2016 en 14 maart 2017 heeft de raadsman vrijspraak bepleit, onder verwijzing naar de aanwezigheid van de handpalmafdruk van de verdachte op de balie van het restaurant. Het hof heeft vastgesteld dat de handpalmafdruk overeenkwam met die van de verdachte en dat hij in de nabijheid van het restaurant woonde. De getuigenverklaring van de schoonmaakster, die de balie de avond voor de diefstal had schoongemaakt, werd als betrouwbaar beschouwd, ondanks dat zij voorkennis had van de plaats van de afdruk. Het hof oordeelde dat de verdachte niet aannemelijk had gemaakt dat zijn handpalmafdruk daar op een andere manier was gekomen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, met een vervangende hechtenis van 40 dagen. Tevens werd de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke jeugddetentie gelast, maar in plaats van een vrijheidsstraf werd een taakstraf opgelegd, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.