ECLI:NL:GHAMS:2017:111

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
19 januari 2017
Publicatiedatum
19 januari 2017
Zaaknummer
200.168.115/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verhoging onderzoeksbudget in enquêteprocedure bij besloten vennootschap

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 19 januari 2017, wordt het verzoek behandeld van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [A] om het onderzoeksbudget voor een lopend onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Eshuis Holding B.V. te verhogen. Dit onderzoek was eerder bevolen bij beschikkingen van 7 en 14 juli 2015, waarbij mr. H.M. de Mol van Otterloo als onderzoeker was aangesteld. Het oorspronkelijke budget was vastgesteld op € 25.000, maar de onderzoeker heeft verzocht om dit bedrag te verhogen met € 30.000, tot een totaal van € 55.000, exclusief btw.

De Ondernemingskamer heeft in haar beschikking vastgesteld dat er geen bezwaar is ontvangen van de betrokken partijen tegen het verzoek van de onderzoeker. Gezien de motivering van het verzoek en het ontbreken van tegenargumenten, heeft de Ondernemingskamer besloten het onderzoeksbudget te verhogen zoals verzocht. Tevens is bepaald dat Eshuis Holding B.V. voor de aanvang van de werkzaamheden van de onderzoeker (aanvullende) zekerheid moet stellen voor de betaling van het verhoogde bedrag. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen de beschikking kunnen worden aangewend.

De beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer, waarbij de rechters en de griffier aanwezig waren. Dit besluit benadrukt het belang van transparantie en de noodzaak om adequaat onderzoek te kunnen verrichten in het kader van de bedrijfsvoering van de betrokken vennootschappen.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.168.115/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 19 januari 2017
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. H.P. Plas, kantoorhoudende te Enschede,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ESHUIS HOLDING B.V.,
gevestigd te Dalfsen,
VERWEERSTER,
niet verschenen,
e n t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PERSPEKTIEF B.V.,
gevestigd te Dalfsen,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. P. Haas, kantoorhoudende te Rotterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 7 en 14 juli 2015 en 14 december 2016 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikkingen van 7 en 14 juli 2015 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Eshuis Holding B.V. (hierna: Eshuis Holding ) over de periode vanaf 9 juli 2013, mr. H.M. de Mol van Otterloo (hierna: de onderzoeker) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 25.000 (exclusief btw), alsmede – bij wijze van onmiddellijke voorzieningen en vooralsnog voor de duur van het geding – drs. P.N. Lincklaen Arriëns benoemd tot bestuurder van Eshuis Holding .
1.3
Bij brief (met bijlagen) van 24 december 2016 heeft de onderzoeker verzocht het onderzoeksbudget te verhogen met € 30.000 tot een bedrag van € 55.000 (exclusief btw).
1.4
Bij brief van 28 december 2016 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer partijen in de gelegenheid gesteld zich uiterlijk op 12 januari 2017 schriftelijk uit te laten over het verzoek van de onderzoeker. Daarop is niet van partijen vernomen.

2.De gronden van de beslissing

De onderzoeker heeft zijn verzoek voldoende gemotiveerd toegelicht. Nu tegen dat verzoek geen bezwaar is ontvangen en het verzoek de Ondernemingskamer niet onredelijk voorkomt, zal zij het onderzoeksbudget vaststellen op het door de onderzoeker verzochte bedrag als hierna te vermelden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten, tot € 55.000 (exclusief btw);
bepaalt dat Eshuis Holding B.V. ten behoeve van de onderzoeker voor de aanvang van diens werkzaamheden (aanvullende) zekerheid dient te stellen voor de betaling van (de verhoging van) dat bedrag;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en mr. M.M.M. Tillema, raadsheren, en prof. dr. R.A.H. van der Meer RA en drs. J.B.M. Streppel, raden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verheggen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 19 januari 2017.