Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 02 februari 2014 te Amsterdam aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel te weten een (zware) hersenschudding en/of een hoofdwond, heeft toegebracht, door voornoemde [slachtoffer] met dat opzet (met kracht) (een of meermalen) met een zaklamp en/of een (ijzeren/houten) staaf, althans een (hard) voorwerp, op zijn (achter)hoofd te slaan;
hij op of omstreeks 02 februari 2014 te Amsterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [slachtoffer] (met kracht) (een of meermalen) met een zaklamp en/of een (ijzeren/houten) staaf op zijn (achter)hoofd heeft geslagen.
Vonnis waarvan beroep
Vrijspraak
Bewezenverklaring
Bewijsmiddelen
[slachtoffer]:
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en maatregel
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafbestaande uit een werkstraf voor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.
€ 1.691,96 (duizend zeshonderdeenennegentig euro en zesennegentig cent) bestaande uit € 691,96 (zeshonderdeenennegentig euro en zesennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 1.691,96 (duizend zeshonderdeenennegentig euro en zesennegentig cent) bestaande uit € 691,96 (zeshonderdeenennegentig euro en zesennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
26 (zesentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.