In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 31 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder vrijgesproken van winkeldiefstal, maar werd wel beschuldigd van bedreiging met een misdrijf tegen het leven. De tenlastelegging omvatte twee feiten: de verdachte zou op 16 september 2015 in Amsterdam een horloge hebben gestolen en een medewerker van de winkel hebben bedreigd. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het horloge in een plastic tas had gestopt, maar niet met voldoende zekerheid kon worden aangetoond dat hij de opzet had om het horloge wederrechtelijk toe te eigenen. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van de winkeldiefstal. Echter, de bedreiging van de medewerker werd wel bewezen geacht, waarbij de verdachte dreigende woorden had geuit. Het hof oordeelde dat de verdachte strafbaar was voor de bedreiging en legde een taakstraf op van 24 uur, met inachtneming van de tijd die de verdachte in voorarrest had doorgebracht. Het vonnis van de politierechter werd vernietigd en het hof deed opnieuw recht.