ECLI:NL:GHAMS:2016:5650

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 augustus 2016
Publicatiedatum
29 december 2016
Zaaknummer
23-002172-14
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen vervangende hechtenis wegens niet-voltooide taakstraf

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 augustus 2016 uitspraak gedaan op een bezwaarschrift van een veroordeelde die niet volledig had voldaan aan de opgelegde taakstraf. De veroordeelde, geboren in 1979 en thans verblijvende in PI Flevoland, had een taakstraf van 28 uren opgelegd gekregen, waarvan hij 12 uren niet had uitgevoerd. Het Openbaar Ministerie had daarop besloten om vervangende hechtenis van 6 dagen ten uitvoer te leggen. De veroordeelde heeft hiertegen bezwaar aangetekend.

Het hof heeft het bezwaarschrift tijdig ontvangen en heeft de betrokken partijen, waaronder de advocaat-generaal en de raadsvrouw van de veroordeelde, gehoord. De advocaat-generaal heeft gepleit voor gegrondverklaring van het bezwaarschrift. Het hof heeft vastgesteld dat de niet-uitvoering van de taakstraf volledig aan de veroordeelde zelf te wijten is, maar heeft ook rekening gehouden met het feit dat de veroordeelde nog een andere taakstraf moet verrichten. Dit heeft het hof doen besluiten om de veroordeelde een laatste kans te geven.

Uiteindelijk heeft het hof het bezwaarschrift gegrond verklaard en bepaald dat de veroordeelde de resterende 12 uren taakstraf moet voltooien binnen een termijn van 6 maanden, gerekend vanaf de datum van de uitspraak. Tevens is de beslissing van het Openbaar Ministerie tot tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis ongedaan gemaakt. De uitspraak is gedaan door een collegiaal hof en is openbaar uitgesproken op de zitting van 8 augustus 2016.

Uitspraak

Beslissing
GERECHTSHOF AMSTERDAM
Afdeling strafrecht
Rekestnummer: 001236-16
Parketnummer: 23/002172-14
Beslissing op het bezwaarschrift op de voet van artikel 22g van het Wetboek van Strafrecht van:
[verdachte]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1979,
domicilie kiezend te [adres]
thans verblijvende in PI Flevoland – HvB Almere Binnen,
bijgestaan door mr. [naam].

Inhoud van het bezwaarschrift

Het bezwaarschrift richt zich tegen het op 17 mei 2016 gegeven bevel van het Openbaar Ministerie de vervangende hechtenis van 6 dagen ten uitvoer te leggen, op de grond dat 12 uren van de taakstraf van in totaal 28 uren, niet zijn verricht.

Procesverloop

Het hof heeft kennis genomen van de stukken in de strafzaak onder voormeld parketnummer, en heeft op 8 augustus 2016 de advocaat-generaal, de veroordeelde en de raadsvrouw van de veroordeelde ter terechtzitting gehoord. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot gegrondverklaring van het bezwaarschrift.

Beoordeling van het bezwaar

Het bezwaarschrift is tijdig ingediend.
De veroordeelde is bij arrest van 11 juni 2015, gewezen door het gerechtshof Amsterdam, veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 28 uren, bij niet naar behoren verrichten te vervangen door 14 dagen hechtenis.
Blijkens een rapportage van de reclassering heeft veroordeelde zijn door het hof opgelegde taakstraf niet volledig uitgevoerd. Ten aanzien van 12 uren heeft veroordeelde de taakstraf niet verricht.
Hoewel het naar het oordeel van het hof geheel aan de veroordeelde zelf te wijten is dat hij niet de gehele taakstraf heeft verricht, geven het standpunt van het Openbaar Ministerie en de omstandigheid dat de veroordeelde nog een andere taakstraf moet verrichten, het hof aanleiding om de veroordeelde nog een laatste kans te geven. Het hof zal het bezwaarschrift derhalve gegrond verklaren.

Beslissing

Het hof:
Verklaart het bezwaarschrift gegrond en bepaalt dat de veroordeelde nog 12 uren taakstraf moet verrichten, te voltooien binnen een termijn van 6 maanden, gerekend vanaf 8 augustus 2016.
Wijzigt de beslissing van het Openbaar Ministerie tot tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis in die zin dat deze beslissing ongedaan wordt gemaakt.
Deze beslissing is genomen door mr. J.W.H.G. Loyson, mr. P.F.E. Geerlings en mr. G.C. Koelman, in tegenwoordigheid van A. Stronkhorst, griffier en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 8 augustus 2016.
Mr. G.C. Koelman is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.