Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Ontvankelijkheid NRL in verband met de partijaanduiding van de geïntimeerde
Verder voert NRL aan dat ten tijde van het uitbrengen van het herstelexploot Amlin Insurance (UK) PLC als de verkrijgende vennootschap van Amlin Europe N.V. in het handelsregister stond vermeld, zodat zij die partij met het herstelexploot heeft opgeroepen. Thans blijkt volgens NRL dat de gegevens in het handelsregister in tegenspraak zijn met de publicatie in de Staatscourant. Zij verzoekt het hof de tenaamstelling van geïntimeerde te wijzigen in Amlin Insurance SE.
Het voorgaande is anders als kan worden vastgesteld NRL op 12 januari 2016 bekend was met de fusie. De door Amlin Europe N.V. gestelde omstandigheden kunnen die conclusie echter niet dragen. Op grond van hetgeen is gesteld, kan niet worden aangenomen dat NRL vóór het uitbrengen van de appeldagvaarding kennis had genomen van de hiervoor genoemde publicatie in de Staatscourant, dan wel dat NRL anderszins van de fusie en het verdwijnen van Amlin Europe N.V. op de hoogte was. Artikel 3:120 Wft, op grond waarvan een overdracht van rechten en verplichtingen uit verzekeringen moet worden gepubliceerd in de Staatscourant, heeft niet de strekking afbreuk te doen aan de bescherming die NRL kan ontlenen aan artikel 25 Handelsregisterwet 2007. NRL wordt in dit geval door die publicatie niet geacht bekend te zijn met de rechtsopvolging onder algemene titel aan de zijde van haar processuele wederpartij.
3.Feiten
Aansprakelijke Partijen
Verzekeraar(uit artikel 6:162 BW en/of artikel 6 WAM en/of artikel 7:954 BW en/of enig ander artikel) en/of zal dergelijke vorderingen, rechten en/of bevoegdheden verkrijgen.
De hiervoor bedoelde bestaande en toekomstige vorderingen, rechten en bevoegdheden van
Pandgeverworden hierna tezamen aangeduid met “
Claims”.
Verzekeraaren
Aansprakelijke Partijworden hierna tezamen aangeduid met “
Schuldenaar”.
Pandgeveren voor zover toepasselijk op de belangenbehartiger van
Pandgeveren wel als gevolg van door
NRLin het kader van de hierboven aangeduide schade ten behoeve van
Pandgeververrichte of te verrichten werkzaamheden (het bedrag van de facturen van NRL met de wettelijke rente wordt hierna aangeduid met
“Gesecureerde Vorderingen”).
NRLom, tot zekerheid voor de voldoening van de hierboven aangeduide
Gesecureerde Vorderingen, een pandrecht te vestigen op de hierboven bedoelde
Claims(met inbegrip van alle verbonden zekerheden en nevenrechten), welke vestiging bij deze, voor zover nodig bij voorbaat, ten behoeve van
NRLplaatsvindt en door
NRLwordt aanvaard.
Claimste innen respectievelijk uit te oefenen niet op grond van het hiervoor gevestigde pandrecht op
NRLis overgegaan, geeft
Pandgeveraan
NRLhierbij onherroepelijk last, welke last
NRLaanvaardt om, met uitsluiting van
Pandgever, mede in het belang van
NRL, de
Claimsin naam van
NRLte innen respectievelijk uit te oefenen tot het totaalbedrag van de op enig moment bestaande
Gesecureerde Vorderingen. De in de vorige volzin bedoelde uitsluiting geldt ook tegenover derden.
NRLis gerechtigd om de last naar eigen inzicht uit te voeren, dan wel op te schorten.
Schuldenaarmededeling van de verpanding te doen en een kopie van deze pandakte te zenden.
NRLin voornoemd kader onherroepelijk om namens
Pandgeverbij
Schuldenaaralle gewenste inlichtingen op te vragen.
Gesecureerde Vorderingenbestaan, kan
Schuldenaarslechts bevrijdend aan
NRLbetalen. Door
NRLgeïncasseerde bedragen strekken in mindering op de
Gesecureerde Vorderingen.
NRLzal van de ontvangst van elke betaling door
Schuldenaarterstond schriftelijk mededeling doen aan
Pandgeverof de belangenbehartiger van
Pandgever.
Claimsin ontvangst te nemen voor zover die het bedrag van de op het moment van betaling openstaande
Gesecureerde Vorderingente boven gaan.
Een overzicht van de
Gesecureerde Vorderingendient op eerste verzoek van
Pandgeverdoor
NRLaan
Schuldenaarte worden verstrekt (met kopie aan
Pandgeverof de belangenbehartiger van
Pandgever).
- het “pandrecht” (…)
- de (voorwaardelijke) “exclusieve last” (zie hierna punt B).
1.Voorwaardelijke “exclusieve last”
2.Strekking “exclusieve last”
3.Gevolg “mededeling”: betaling aan NRL
4.Beoordeling
De gekozen constructie komt er volgens de parlementaire toelichting op neer dat de nakoming van de vordering van de verzekerde door de benadeelde gevorderd kan worden. De benadeelde is bevoegd in plaats van de verzekerde betaling te ontvangen. De verzekeraar kan alleen nog bevrijdend betalen aan de benadeelde. De gevolgen van de directe actie zijn volgens de toelichting vergelijkbaar met een lastgeving met privatieve werking. Ook is een vergelijking te maken met een verpande vordering, waarbij de pandhouder in en buiten rechte bevoegd is nakoming te eisen en betalingen te ontvangen. Volgens de parlementaire toelichting bij het ontwerp van artikel 7:954 BW brengt de gekozen constructie mee dat de verzekerde de schuldeiser van de verzekeraar blijft en dat de benadeelde alleen de verzekerde als zijn debiteur heeft. De verzekeraar is niet naast de verzekerde jegens de benadeelde hoofdelijk verbonden. De benadeelde heeft alleen de keuze om de verzekerde of de verzekeraar tot betaling aan te spreken.
Lid 6 van artikel 7:954 BW schrijft een gedwongen tussenkomst voor van de verzekerde, waardoor deze partij wordt in een geding tussen de benadeelde en de verzekeraar. Dit voorschrift strekt ertoe te bereiken dat de verzekerde in een zodanig stadium in de procedure wordt opgeroepen dat hij behoorlijk de gelegenheid krijgt om zijn eigen belangen te behartigen ten opzichte van de beide andere partijen.
Verder is de directe actie geen zelfstandig overdraagbaar recht. De benadeelde kan ook niet beschikken over een vordering op de verzekeraar, want die heeft hij niet. Dit alles leidt ertoe dat moet worden aangenomen dat de benadeelde met de directe actie (slechts) een specifieke wettelijke bevoegdheid is verleend om in plaats van de verzekerde van de verzekeraar betaling te verlangen en in ontvangst te nemen en die handelingen te verrichten die deze betaling veiligstellen, zoals stuitingshandelingen. Deze bevoegdheid is gebonden aan de persoon van de door dood of letsel benadeelde partij, in die zin dat deze bevoegdheid uitsluitend door de benadeelde en niet door een ander kan worden uitgeoefend. Artikel 7:423 BW erkent de mogelijkheid van een privatieve last, maar uitsluitend met betrekking tot rechten die de lasthebber in eigen naam uitoefent. Dat de directe actie naar haar aard als een persoonlijke bevoegdheid heeft te gelden, brengt mee dat die slechts door de benadeelde zelf of namens hem kan worden uitgeoefend en niet door een ander op eigen naam. NRL is daarmee in het voorliggende geval niet bevoegd op eigen naam betaling van Amlin als verzekeraar te verlangen.
Blijkens de totstandkomingsgeschiedenis ligt aan artikel 7:423 BW echter niet de beperking ten grondslag dat een privatieve last slechts kan worden verleend voor het verrichten van rechtshandelingen. Beoogd is deze bepaling een ruimere strekking te geven. Een privatieve last kan bijvoorbeeld ook zien op het beheer van goederen, het gebruik van een goed of op het innen van andermans vorderingen, waarbij niet uitsluitend sprake hoeft te zijn van het verrichten van rechtshandelingen, maar waartoe ook feitelijke handelingen verricht moeten worden. Zo zal de last om in eigen naam andermans vorderingen te innen, ook de bevoegdheid inhouden om de feitelijke betaling in ontvangst te nemen. Dat een schuldeiser aan een derde de last kan geven om een vordering op eigen naam te innen, waarbij de lasthebber in beginsel op eigen naam in rechte kan optreden is vaste rechtspraak van de Hoge Raad. (Zie o.a. HR 21 oktober 1988, NJ 1989, 83 en HR 26 november 2004, NJ 2005, 41). Een dergelijke lastgeving laat de inningsbevoegdheid van de lastgever onverlet, tenzij een privatieve last is verleend, in welk geval na mededeling alleen nog aan de lasthebber bevrijdend kan worden betaald. De opvatting dat een privatieve last slechts kan worden verleend voor het verrichten van rechtshandelingen is dan ook te beperkt. Echter, ook als in aanmerking wordt genomen dat een privatieve last niet uitsluitend behoeft te zien op het verrichten van rechtshandelingen, zou dat niet tot een ander oordeel in het onderhavige geding leiden. Kern van hetgeen hiervoor onder 4.10 is overwogen is immers dat in dit geval de aard van de directe actie (een persoonlijke wettelijke bevoegdheid) zich ertegen verzet dat in verband daarmee een privatieve last wordt verleend.
Amlin heeft daar tegenover aangevoerd dat voor NRL er niets aan in de weg stond om een voorschot te vragen of een betalingsregeling met de benadeelde of haar belangenbehartiger overeen te komen. NRL heeft verder geen inzicht gegeven in de contacten met [A] . Nadat Amlin een bedrag aan [A] heeft betaald, heeft NRL [A] niet gevraagd de factuur alsnog te betalen en zij weigert ook om alsnog bij [A] aanspraak te maken op betaling. Amlin wordt nu geconfronteerd met een factuur van NRL, terwijl zij in het geheel niet bij de opdrachtverstrekking aan NRL is betrokken, aldus Amlin.