ECLI:NL:GHAMS:2016:5274
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verduistering na ontbinding leaseovereenkomst en nalaten van teruggeven leaseauto
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 16 november 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van verduistering van een Mercedes Benz, die hij had geleased via zijn taxibedrijf. De leaseovereenkomst was op 16 februari 2015 ontbonden omdat de verdachte zijn betalingsverplichtingen niet nakwam. De leasemaatschappij had de verdachte verzocht de auto terug te geven, maar hij stelde dat hij de auto niet meer in zijn bezit had omdat deze gestolen was. Het hof heeft vastgesteld dat er geen bewijs was dat de verdachte de auto wederrechtelijk had toegeëigend. Het hof oordeelde dat het enkele nalaten om de auto terug te geven na de ontbinding van de leaseovereenkomst niet voldoende was om te concluderen dat de verdachte zich als 'heer en meester' over de auto had gedragen. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde verduistering.
Daarnaast was er een vordering van de benadeelde partij, [bedrijf 1], tot schadevergoeding van € 42.704,42. Het hof oordeelde dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk was in de vordering, omdat de verdachte niet schuldig was bevonden aan het ten laste gelegde. Het hof bepaalde dat beide partijen hun eigen kosten moesten dragen. Het arrest werd uitgesproken in een openbare zitting en is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. H.M.J. Quaedvlieg, die buiten staat was om te ondertekenen.