ECLI:NL:GHAMS:2016:4696

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
10 februari 2016
Publicatiedatum
22 november 2016
Zaaknummer
13/701058-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wisselende verklaringen omtrent verblijfplaats voldoende voor aannemen vluchtgevaar

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 februari 2016 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland was en op dat moment in het huis van bewaring Zwaag verbleef. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 25 januari 2016, die een bevel tot gevangenhouding had gegeven. Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank en de stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte. Tijdens de zitting heeft het hof de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. I. Baardman, gehoord.

Het hof heeft de beschikking waarvan beroep bekeken en is van oordeel dat de wisselende verklaringen van de verdachte over zijn verblijfplaats en de aard van de onderliggende feiten voldoende grondslag bieden voor het aannemen van vluchtgevaar. Het hof heeft het verzoek van de verdachte tot schorsing van de voorlopige hechtenis afgewezen, omdat het vluchtgevaar niet kan worden ingeperkt door het stellen van schorsingsvoorwaarden. De aangeboden borgsom heeft hieraan geen afbreuk gedaan.

De beslissing van het hof was om het beroep tegen de bestreden beschikking af te wijzen, voor zover dit aan het oordeel van het hof was onderworpen, en het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis eveneens af te wijzen. Deze beschikking is op 10 februari 2016 gegeven in raadkamer van het hof.

Uitspraak

13/701058-16
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Groot-Brittannië) op [geboortedag] 1989,
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande,
thans verblijvende in het huis van bewaring Zwaag te Zwaag,
tegen de beschikking van de rechtbank te Amsterdam van 25 januari 2016, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Amsterdam van 29 januari 2016, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. I. Baardman.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep – voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen – en de gronden waarop deze berust.
De wisselende verklaringen van de verdachte omtrent zijn adres en de aard van de onderliggende feiten vormen naar het oordeel van het hof voldoende grondslag voor vluchtgevaar.
Met betrekking tot het door de verdachte mondeling gedane verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis geldt dat dit verzoek moet worden afgewezen. Het hof overweegt dat het vluchtgevaar onvoldoende kan worden ingeperkt door het stellen van schorsingsvoorwaarden en dat de aangeboden borgsom daar niet aan af doet.

13.701058-16

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 10 februari 2016 in raadkamer van dit hof door
mr. M.J.G.B. Heutink, voorzitter,
mrs. H.W.J. de Groot en N.N. Kirkels-Vrijman, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. K.D.M. de Lange als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 10 februari 2016,
de advocaat-generaal