ECLI:NL:GHAMS:2016:4510

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 november 2016
Publicatiedatum
16 november 2016
Zaaknummer
200.193.513/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Intrasonics Holding B.V. na minnelijke regeling

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 14 november 2016 een beschikking gegeven inzake de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Leamington Holdings B.V. (verzoekster) tegen Intrasonics Holding B.V. (verweerster) en andere belanghebbenden. De Ondernemingskamer had eerder op 9 september 2016 een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Intrasonics Holding over de periode vanaf 8 oktober 2015. Dit onderzoek was ingesteld naar aanleiding van zorgen over de gang van zaken binnen de vennootschap. In de daaropvolgende beschikkingen van 12 en 30 september 2016 werden onderzoekers benoemd om het onderzoek uit te voeren. Echter, op 7 november 2016 heeft mr. Tjoa namens Leamington de Ondernemingskamer verzocht om het onderzoek te beëindigen, omdat er een minnelijke regeling was getroffen tussen de betrokken partijen. Zowel Intrasonics Holding als de belanghebbenden hebben bevestigd dat er een minnelijke regeling is bereikt en dat de enquêteprocedure kan worden beëindigd. De Ondernemingskamer heeft, gezien het ontbreken van bezwaren tegen het verzoek en het feit dat er geen belangen zijn die zich tegen de beëindiging verzetten, besloten het verzoek in te willigen. De beschikking houdt in dat het bevolen onderzoek en de getroffen onmiddellijke voorziening met ingang van heden worden beëindigd, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.193.513/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 14 november 2016
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LEAMINGTON HOLDINGS B.V.,
gevestigd te Den Dolder,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. W.J.M. van Andelen
mr. C.M. Tjoa, beiden kantoorhoudende te Utrecht,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTRASONICS HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. M. Koelemeijer, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n

1.[A] ,

wonende te [....] ,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SEELBEEK B.V.,
gevestigd te Heveadorp,
3. de vennootschap naar het recht van Luxemburg
SONTERRA FINANCE SARL,
gevestigd te Luxemburg,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[B],
gevestigd te [....] ,
5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SODIUM HOLDING B.V.,
gevestigd te Loosdrecht,
6.
[C],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. P.W.L. Russell,kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Verzoekster en verweerster worden hierna respectievelijk aangeduid met Leamington en Intrasonics Holding. Belanghebbenden worden hierna gezamenlijk aangeduid met [D] c.s.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 9 september 2016, 12 september 2016 en 30 september 2016.
1.3
Bij de beschikking van 9 september 2016 heeft de Ondernemingskamer, voor zover thans van belang, een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Intrasonics Holding over de periode vanaf 8 oktober 2015 en een door de Ondernemingskamer nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten en bij wijze van onmiddellijke voorziening, vooralsnog voor de duur van het geding, bepaald dat – voor zover nodig in afwijking van de statuten – de algemene vergadering van aandeelhouders van Intrasonics Holding niet mag besluiten tot ontbinding en vereffening van Intrasonics Holding.
1.4
Bij de beschikking van 12 september 2016 heeft de Ondernemingskamer mr. J.G. Princen (hierna: Princen) aangewezen als onderzoeker.
1.5
Bij beschikking van 30 september 2016 heeft de Ondernemingskamer Princen op zijn eigen verzoek ontheven uit de functie van onderzoeker en mr. P.D. Olden (hierna: Olden) aangewezen als onderzoeker.
1.6
In een bij haar e-mail van 7 november 2016 aan de Ondernemingskamer gevoegde brief heeft mr. Tjoa, in verband met een tussen de betrokken partijen getroffen minnelijke regeling, namens Leamington de Ondernemingskamer verzocht – naar de Ondernemingskamer begrijpt – om het bevolen onderzoek te beëindigen en de getroffen onmiddellijke voorziening op te heffen.
1.7
Desgevraagd heeft Olden telefonisch aan de secretaris van de Ondernemingskamer bericht dat geen kosten zijn gemaakt voor het onderzoek.
1.8
Bij e-mail aan de Ondernemingskamer van 9 november 2016 heeft mr. Koelemeijer namens Intrasonics Holding bevestigd dat tussen de betrokken partijen een minnelijke regeling is getroffen en dat de enquêteprocedure kan worden beëindigd.
1.9
Bij e-mail aan de Ondernemingskamer van 10 november 2016 heeft mr. Russel namens [D] c.s. bevestigd dat tussen de betrokken partijen een minnelijke regeling is getroffen en dat de enquêteprocedure kan worden beëindigd.

2.De gronden van de beslissing

Nu partijen een minnelijke regeling hebben getroffen, er geen bezwaren zijn ontvangen tegen het verzoek tot beëindiging van het onderzoek en opheffing van de getroffen onmiddellijke voorziening en de Ondernemingskamer voorts niet is gebleken van enig belang dat zich tegen toewijzing van het verzoek verzet, zal de Ondernemingskamer het verzoek inwilligen aldus dat zij het bij de beschikking van 9 september 2016 bevolen onderzoek en de bij die beschikking getroffen onmiddellijke voorziening zal beëindigen, één en ander met ingang van heden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
beëindigt met ingang van heden het bij haar beschikking van 9 september 2016 bevolen
onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Intrasonics Holding B.V., gevestigd te
Amsterdam;
beëindigt met ingang van heden de bij haar beschikking van 9 september 2016 getroffen onmiddellijke voorziening;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. M.M.M. Tillema, mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en prof. dr. mr. F. van der Wel RA en drs. J.B.M. Streppel, raden, in tegenwoordigheid van mr. S.C. Prins, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 14 november 2016.