ECLI:NL:GHAMS:2016:3987

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
23 september 2016
Publicatiedatum
7 oktober 2016
Zaaknummer
200.172.612/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget in een enquêterechtelijke procedure

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, uitgesproken op 23 september 2016, is de Ondernemingskamer van het hof aan de orde gekomen met betrekking tot een verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget in een lopende enquêterechtelijke procedure. De zaak betreft Spala Investments N.V. als verzoekster tegen Teka B.V. als verweerster, met verschillende belanghebbenden. De Ondernemingskamer had eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Teka B.V. en het budget voor dit onderzoek vastgesteld op € 75.000, wat later werd verhoogd naar € 120.000. De onderzoeker heeft op 8 september 2016 verzocht om een verdere verhoging van het budget tot € 126.500, om de werkzaamheden te kunnen afronden.

De Ondernemingskamer heeft partijen in de gelegenheid gesteld om hun standpunten over deze verhoging kenbaar te maken. De reacties van de belanghebbenden waren overwegend positief, waarbij EHAG geen bezwaar maakte en Teka en andere belanghebbenden zich refereerden aan het oordeel van de Ondernemingskamer. Spala c.s. heeft geen reactie gegeven op het verzoek. De Ondernemingskamer heeft de argumenten van de onderzoeker, die de verhoging van het budget voldoende heeft toegelicht, in overweging genomen en heeft besloten het verzoek toe te wijzen.

De beschikking houdt in dat het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten wordt verhoogd tot € 126.500, met de kosten ten laste van Teka B.V. De Ondernemingskamer heeft bepaald dat Teka B.V. aanvullende zekerheid moet stellen voor de betaling van dit bedrag. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is gegeven door een meervoudige kamer van het hof, met de griffier aanwezig tijdens de openbare zitting.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.172.612/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 23 september 2016
inzake
1. de rechtspersoon naar het recht van Curaçao
SPALA INVESTMENTS N.V.,
gevestigd te Curaçao,
2.
[A],
wonende te [....] ,
3.
[B],
wonende te [....] ,
VERZOEKSTERS,
advocaten:
mr. J.F. Ouwehanden
mr. D.J.F.F.M. Duynstee, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TEKA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaten:
mr. J.W. de Grooten
mr. Y.A. Wehrmeijer, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n

1.[C] ,

wonende te [....] ,
2.
[D],
wonende te [....] ,
3.
[E],
wonende te [....] ,
4.
[F],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. A.R.J. Croiset van Uchelen,
mr. R.G.J. de Haanen
mr. S.B. Garcia Nelen, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n
5. de rechtspersoon naar het recht van Zwitserland
EHAG A.G.,
gevestigd te Appenzell, Zwitserland,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. A.C. Siemons, kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
In het vervolg zullen partijen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verzoeksters tezamen met Spala c.s.;
  • verweerster met Teka;
  • belanghebbenden 1 tot en met 4 tezamen met [G] ;
  • belanghebbende 5 met EHAG.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 3 augustus 2015, 2 december 2015, 8 december 2015 en 11 mei 2016 in de zaak met nummer 200.172.612/01 OK en naar haar beschikking van 15 februari 2016 in de zaak met nummer 200.172.612/02 OK.
1.3
Bij de beschikking van 2 december 2015 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Teka over de periode vanaf 1 juli 2012, een door de Ondernemingskamer nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten en het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 75.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen. Bij de beschikking van 8 december 2015 heeft de Ondernemingskamer vervolgens mr. M. Holtzer te Amsterdam (hierna: de onderzoeker) aangewezen als onderzoeker.
1.4
Bij de beschikking van 11 mei 2016 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het bij de beschikking van 2 december 2015 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Teka ten hoogste mag kosten, verhoogd tot € 120.000, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
1.5
Op 8 september 2016 heeft de onderzoeker de Ondernemingskamer verzocht om verhoging van het onderzoeksbudget tot € 126.500, te vermeerderen met btw.
1.6
De Ondernemingskamer heeft partijen in de gelegenheid gesteld zich over deze verhoging uit te laten. Daarop zijn de volgende reacties ontvangen door de Ondernemingskamer:
  • e-mailbericht van 12 september 2016 van mr. Siemons voormeld namens EHAG;
  • e-mailbericht van 19 september 2016 van mr. I.M. Hendriks, advocaat te Amsterdam, namens Teka;
  • e-mailbericht van 19 september 2016 van mr. Croiset van Uchelen voormeld namens [G] .

2.De gronden van de beslissing

2.1
De onderzoeker heeft ter toelichting op zijn verzoek erop gewezen dat hij verwacht met de verzochte relatief kleine tweede verhoging van het onderzoeksbudget, het onderzoeksrapport te kunnen finaliseren. De verzochte verhoging is gebaseerd op de verwachte werkzaamheden die voortvloeien uit de opmerkingen van partijen op het conceptonderzoeksrapport, aldus de onderzoeker.
2.2
Blijkens de in 1.6 genoemde e-mailberichten heeft EHAG geen bezwaar tegen de verzochte verhoging van het onderzoeksbudget en hebben Teka en [G] zich gerefereerd aan het oordeel van de Ondernemingskamer over het verzoek van de onderzoeker. Van Spala c.s. heeft de Ondernemingskamer, ondanks de geboden gelegenheid zich over de verhoging uit te laten, niet vernomen.
2.3
De onderzoeker heeft, zo overweegt de Ondernemingskamer, tegen de achtergrond van het vorenoverwogene, de kosten die hij nog verwacht te zullen moeten maken en de reden voor verhoging van het onderzoeksbudget voldoende toegelicht. Het verzoek komt de Ondernemingskamer niet onredelijk voor. De Ondernemingskamer zal dit verzoek dan ook toewijzen.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij de beschikking van 2 december 2015 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Teka B.V. ten hoogste mag kosten tot € 126.500, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van Teka B.V. en dat zij ten behoeve van de onderzoeker op zijn verzoek en op de door hem te bepalen wijze (aanvullende) zekerheid dient te stellen voor de betaling van (de verhoging van) dit bedrag;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, mr. M.M.M. Tillema en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en prof. dr. M.N. Hoogendoorn RA en drs. C. Smits-Nusteling RC, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 23 september 2016.