ECLI:NL:GHAMS:2016:3683
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake diefstal met bijzondere voorwaarden
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 12 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 7 december 2015 was gewezen. De verdachte, geboren in 1981, was aangeklaagd voor diefstal. Het hof heeft het verweer van de verdachte verworpen dat hij geen oogmerk had op wederrechtelijke toe-eigening. De verdachte had in een winkel goederen in zijn tas gestopt en was vervolgens de kassa gepasseerd zonder te betalen. Het hof oordeelde dat de afstand tussen de kassière en de verdachte te groot was om de tas aan de kassière te overhandigen, wat de stelling van de verdachte dat hij de goederen wilde afgeven aan de kassière onaannemelijk maakte. Het hof bevestigde het vonnis van de politierechter, maar vulde dit aan met bewijsoverwegingen en een bijzondere voorwaarde voor behandeling van de verdachte door Inforsa. Deze bijzondere voorwaarde houdt in dat de verdachte zich onder behandeling moet stellen van Inforsa, met inachtneming van de adviezen van deze instelling. Het hof baseerde deze beslissing op het rapport van Inforsa, waarin werd aangegeven dat de verdachte in het verleden problemen had met alcohol en mogelijk nog steeds overmatig alcoholgebruik vertoonde. Het hof bevestigde het vonnis met de aanvulling van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.