In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 11 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Turkije in 1968, werd beschuldigd van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht. Dit betrof een incident op 9 november 2014 in Zaandam, waar de verdachte met een mes dreigend naar het slachtoffer, genaamd [slachtoffer], heeft gezwaaid en daarbij de woorden "Ik ga je dood maken" heeft geuit. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een taakstraf van 30 uren, maar het hof oordeelde dat deze straf niet passend was gezien de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte eerder soortgelijke strafbare feiten heeft gepleegd en dat hij een taakstraf slechts ten dele had uitgevoerd. Hierdoor was de oplegging van louter een taakstraf uitgesloten. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken, waarvan twee weken voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. Het hof heeft de beslissing van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het bewezen verklaarde als strafbaar werd gekwalificeerd.