ECLI:NL:GHAMS:2016:3012

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
13 juli 2016
Publicatiedatum
27 juli 2016
Zaaknummer
16/800255-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen gevangenhouding en verzoek tot schorsing voorlopige hechtenis

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 13 juli 2016 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, geboren in 1998 en thans verblijvende in een jeugdinrichting. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, die op 22 juni 2016 een bevel tot gevangenhouding had gegeven en het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis had afgewezen. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft zowel de advocaat-generaal als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. B.J.W. Tijkotte, gehoord.

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank beoordeeld en is van mening dat de gronden waarop deze berust, juist zijn. De aard en omvang van de verdenking, in combinatie met de problematiek van de verdachte en de duur van de gevangenhouding, rechtvaardigen op dit moment geen schorsing van de voorlopige hechtenis. Het hof heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden zijn om de schorsing onder voorwaarden te laten plaatsvinden die het recidivegevaar op een aanvaardbare manier kunnen beperken.

Daarom heeft het hof het beroep van de verdachte tegen de bestreden beschikking afgewezen. Deze beslissing is genomen in raadkamer en is op 13 juli 2016 gepubliceerd. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis gebracht van de verdachte.

Uitspraak

16/800255-16
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1998,
wonende te [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring Het Poortje Jeugdinrichtingen te Groningen,
tegen de beschikking van de rechtbank te Noord-Holland, locatie Alkmaar van 22 juni 2016, houdende bevel tot zijn gevangenhouding en afwijzing van het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Noord-Holland, locatie Alkmaar van 23 juni 2016, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. B.J.W. Tijkotte.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep en de gronden waarop deze berust.
Gelet op de aard en de omvang van de verdenking en de problematiek van de verdachte, afgezet tegen de duur waarvoor het bevel gevangenhouding is bevolen, is thans nog geen sprake van een situatie als bedoeld in artikel 67a, derde lid Sv.
Tegen deze achtergrond en mede gelet op hetgeen in raadkamer naar voren is gekomen, ziet het hof geen mogelijkheid voor een schorsing onder zodanige voorwaarden dat daarmee het recidivegevaar op aanvaardbare wijze kan worden ingeperkt.

16.800255-16

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking.
Deze beschikking is gegeven op 13 juli 2016 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. H.W.J. de Groot en J.H. Wesselink, raadsheren,
in tegenwoordigheid van J.G.W.M. Lut als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 13 juli 2016,
de advocaat-generaal